Utrecht 60 jaar terug: de geleidelijke invoering van aardgas

Voor de geleidelijke distributie van puur aardgas zal de gemeente Utrecht worden ingedeeld in 50 sectoren. Deze sectoren vormen tezamen weer stadsdelen. Begonnen wordt met de wijk Overvecht - daarna volgen het noord-oostelijk stadsdeel, de binnenstad, het oostelijk stadsdeel tot aan de spoorbaan Arnhem, het noord-westelijk stadsdeel, Oog in Al, Kanaleneiland, Hoograven. Elke sector zal op het moment van omschakeling zowel met puur aardgas als met het nog aanwezige stadsgas kunnen worden gevoed. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op woensdag 27 mei 1964.

Deze uiteenzetting geven B. en W. van Utrecht in de aan de gemeenteraad toegezegde nota over het aardgas. Na een historisch overzicht bespreken B. en W. de eigenschappen van het Groningse aardgas. Het bestaat voor ca. 80 pct uit methaan (CH4). Dit gas is een zgn. 'lui' gas, wat wil zeggen dat de verbrandingssnelheid lager is dan die van stadsgas. De calorische waarde (de hoeveelheid warmte die bij verbranding vrij komt) is bijna 8000 kilo-calorieën per kubieke meter overeenkomende met twee eenheden (een eenheid is 4000 kcal.). Het thans gedistribueerde stadsgas heeft een calorische waarde van 4500 kcal./m3.

De techniek van het ombouwen van toestellen heeft nu, aldus B. en W., een peil bereik waarop de kwaliteit van het toestel in omgebouwde staat niet behoeft onder te doen voor de kwaliteit waarin het toestel zich voor de ombouw bevond.

De eigenlijke overschakeling zal in het algemeen in de nacht van een maandag op een dinsdag plaatsvinden. Dan wordt de sector door het sluiten van de afsluiters van de stadsgasvoeding afgesloten en op aardgasvoeding omgeschakeld. Met gebruikmaking van zoveel mogelijk arbeidskrachten worden dan allereerst de in de sector aanwezige kooktoestellen voor het nieuwe gas geschikt maakt. Daarna volgens de overige toestellen. Meestal is na verloop van één week de rust in een sector weergekeerd.