Het college van B en W heeft het Uitvoeringsprogramma Transitie Tankstations vastgesteld. Hiermee zet de gemeente Utrecht een belangrijke stap in de verduurzaming van mobiliteit. Het plan geeft tankstations in de stad een nieuwe rol, waarbij fossiele brandstoffen plaatsmaken voor duurzame alternatieven zoals elektriciteit en waterstof.
Door de groei van emissieloze mobiliteit, zoals elektrische auto’s, verandert de vraag naar traditionele tankstations snel. Langs ringwegen wordt daarom ruimte gemaakt voor 20 tot 30 snelladers en worden nieuwe laadlocaties ontwikkeld waar nodig. Op bedrijventerreinen komen meer laadvoorzieningen voor vrachtwagens en clean energy hubs waar hernieuwbare brandstoffen verkocht kan worden. Tegelijkertijd neemt binnenstedelijk de vraag naar benzine en diesel af en worden voertuigen met name op bestemming opgeladen. Daardoor neemt het aantal binnenstedelijke tankstations komende jaren af en ontstaat ruimte voor andere functies zoals woningbouw of meer groen.
Wethouder Eva Oosters (Milieu en Emissieloos Vervoer): “De energietransitie vraagt om duidelijke keuzes. Tankstations zijn meer dan verkooppunten voor brandstof; ze worden belangrijke schakels in de overgang naar emissievrij vervoer. Met deze aanpak verbeteren we de luchtkwaliteit en zetten we stappen naar een gezondere en duurzamere stad.”
Het plan sluit aan bij de ambities van Utrecht om de stad gezonder en duurzamer te maken. Marktinitiatieven voor laadplekken en waterstofstations krijgen de ruimte, zolang ze passen bij de behoeften van de stad en haar inwoners. De beperkte capaciteit op het elektriciteitsnet maakt het uitdagend om snel nieuwe laders bij te plaatsen. Samen met partners wordt gezocht naar slimme oplossingen daarvoor.