Utrecht 60 jaar terug: het Nederlands goud- en zilvermuseum

07 aug , 13:55 Geschiedenis
Edelsmid van Soest
UN 7-8-1965

De meeste musea in het land hebben wel een afdeling oud-zilver, maar er is slechts één museum dat zich er uitsluitend mee bezig houdt: het Nederlands Goud- en Zilvermuseum, keur en ambacht in het Catharijneconvent. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op zaterdag 7 augustus 1965.

Het museum deelt zijn 15de eeuwse voormalige kloosterruimte (de oude refter) met het Nederlands Klokkenmuseum. In hetzelfde gebouw zijn overigens ook ondergebracht het Museum van Speeldoos tot Pierement en het Museum voor nieuwe religieuze kunst. Echt iets om eens heen te gaan op een van de regenachtige middagen waarmee de vakantie '65 is gezegend.

De collectie van het museum, die werd gesticht door de Utrechtse oud-inspecteur van het Waarborgfonds B.J.J. van Baaren (81), is tamelijk beperkt. Wat de tijd betreft tot de 18de en 19de eeuw. Het museum kan zich beroemen op een paar mooie stukken, maar het ziet er helaas naar uit dat voorlopig niet veel bij zal komen. Voor een aankoopbeleid is financieel weinig ruimte.

Zolang je de 100.000 niet hebben gewonnen, leggen wij de grootste nadruk op het bieden van service aan het publiek, zegt conservator J. Zeeman, die zijn museumfunctie combineert met het dirigeren van koren. Hij is thans een jaar aan beide musea verbonden en hij heeft in die tijd verschillende initiatieven ontwikkeld om het zilver 'aan de man te brengen'.

Het afgelopen jaar heeft het museum maar liefst drie tentoonstellingen uit particulier bezit gehad. In januari de expositie van etagères, onder meer uit de verzameling Stiching Van de Poll-Wolters-Quina uit Zeist, daarna de collectie-Wijk uit Scheveningen en deze zomer de collectie jhr. A. van Lennep (1902-1962) uit Amsterdam.

De heer Zeeman streeft ernaar om ook in de toekomst particuliere collecties te gast te vragen. Er zijn thans al drie aanbiedingen ontvangen. Een deeltje van de collectie-Clifford, die in de gerenommeerde zilver-afdeling van het rijksmuseum te Amsterdam is ondergebracht, is nu in bruikleen aan het Utrechtse museum gegeven.

De naam van het museum heeft de toevoeging 'keur en ambacht'. Toen de heer Van Baaren met verzamelen begon lag namelijk de grootste nadruk op het Waarborgwezen, waarvan hij immers inspecteur was. Thans wordt de meeste aandacht besteed aan de kunstzinnige waarde van het zilver. Maar het oude ambacht van de edelsmid is niet vergeten. Het museum heeft zich verzeker van de medewerking van de Utrechtse edelsmid Van Soest van de familie Van Roosmalen, die al zo'n 40 jaar in het vak zit. Hij geeft demonstraties voor groepen bezoekers, die dat wel even van tevoren moeten aanvragen.