In
de loop van dit jaar worden tienduizend studenten verwacht aan de
Utrechtse rijksuniversiteit. De toekomstige rector magnificus, prof.
mr. L.J. Hijmans van den Bergh, sprak deze verwachting vanmorgen uit
op de oriënteringsdag in Tivoli te Utrecht, waar 1800 aanstaande
studenten de laatste goede raadgevingen kregen van verschillende
kanten. Dat meldt het
Utrechtsch Nieuwsblad op maandag 31 augustus
1964.
Prof.
Hijmans van den Bergh sprak zich uit voor beperking van de
studievrijheid. Nederland moet geen eilandje blijven, zo verklaarde
de hoogleraar, temidden van de landen met een hoger studierendement.
De vrijheid biedt grote voordelen, maar er moet studiebegeleiding
zijn, toezicht en steun bij het werk, om te komen tot een verkorting
van de werkelijke studieduur.
Het
is niet nodig en zelfs niet gewenst dat de student de hele dag aan
het studeren is. Ook bierdrinken met vrienden is positief, verklaarde
de hoogleraar tot grote hilariteit van de toekomstige bierdrinkers.
Het zogenaamde lorren is pas ernstig , als er helemaal niets gebeurt.
Een student die in zijn eentje op zijn kamer hangt, verdoet zijn
tijd. Wie een functie vervult in de studentenmaatschappij, door
contact met medestudenten zo langzamerhand een beetje mens wordt, en
zich naast zijn studie verdiept in de cultuur, maakt van het lorren
een deugd. Afzondering is een puberteitsverschijnsel volgens de
nieuwe rector magnificus. Het lid worden van een studentenvereniging
is nuttig en wenselijk.