Utrecht 60 jaar terug: gemeentelijke reinigingsdienst is klaar voor de strijd tegen de gladheid

16 nov , 13:09 Geschiedenis
zoutstrooiwagens
UN 15-11-1965

De gemeentelijke reinigingsdienst vreest de winter niet. Elf zoutstrooiwagens, 21 sneeuwruimers, drie sneeuwblazers en drie rijwielpadstrooiers staan klaar om elke aanval van koning Winter te pareren. Zevenhonderd ton zout ligt gereed om uitgestrooid te worden over de Utrechtse straten. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op dinsdag 16 november 1965.

De dienst, die lering heeft getrokken uit de afschuwelijke strenge winter van twee jaar geleden, komt bij gladheid of sneeuwval met veel nieuw materiaal op de weg. In een kleine drie uur is men nu in staat driehonderd kilometer gladgeworden Utrechtse straat van een zoutlaagje te voorzien.

Dat al het materiaal in de komende maanden op stal zou kunnen blijven staan is een illusie, waarin niemand bij de reinigingsdienst gelooft. In een doorsnee-winter moet er dertig tot veertig keer gestrooid worden en komen de sneeuwruimploegen één of twee keer in actie. Het ziet er op het ogenblik bepaald niet naar uit dat deze winter zachter zal worden dan normaal. Een zeer strenge winter lijkt waarschijnlijker.

Bij algemene gladheid werkt de reinigingsdienst volgens 'n vast schema. Eerst worden de belangrijkste verkeersaders en de busroutes 'behandeld' (300 kilometer), en daarna, voor zover het nog nodig is, de andere belangrijke straten (155 kilometer)en de fietspaden (80 kilometer). Onder normale omstandigheden komt men aan de andere straten niet toe.

Als het dan glad wordt dan heeft de reiniging het liefste dat dit 's morgens om vier uur gebeurt. Een uur later kunnen de eerste wagens dan uitrijden. Voordat tegen acht uur de grote verkeersdrukte begint zijn de belangrijkste straten aan de beurt geweest.

Gedurende de wintermaanden is er 's nachts een wachtdienst van opzichters. Maakt de politie melding van ernstige gladheid dan belt de wachthoudende opzichter met het GEVU. Uit de op het lichtnet aangesloten kastjes, die het personeel van de reiniging in huis heeft, klinkt even later een zoemtoon.

Dankzij dit hoogfrequent werksysteem is men in staat binnen een uur het gladheidsbestrijdingsleger in de strijd te brengen. Elf wagens met elk drie ton zout aan boord zetten volgens vast patroon de aanval in. Het is voor de reiniging zaak de buffervoorraad van zevenhonderd ton in stand te houden, want op één glad ochtendje gaat er al zo'n 150 ton door. Zout kost 's zomers ongeveer veertig gulden per ton en 's winters 60 à 65 gulden, afhankelijk van de vraag. Dat betekent dat er per keer voor zeker zesduizend gulden gestrooid wordt.

Na de strenge winter van twee jaar geleden is men in Nederland de gladheidsbestrijding een beetje wetenschappelijker gaan bekijken. Het bleek dat het strooien met zout alléén veel meer effect heeft dan het strooien van een mengsel van zand en zout. Op de bruggen wordt echter uitsluitend zand gestrooid om aantasting van het mechanisme zoveel mogelijk te beperken.

Lees ook:

Provincie Utrecht klaar voor nieuw strooiseizoen