De gemeente Utrecht wil meer betaalbare woningen realiseren, zorgen voor een betere verdeling van woonruimte – met extra aandacht voor inwoners in een kwetsbare positie – en bouwen aan gemeenschapsvorming. Dat staat in de beleidsnota die gisteren is verschenen. Belangrijke leidende principes daarbij zijn dat ongelijk wordt geïnvesteerd voor gelijke kansen, dat wijkgericht wordt gewerkt en dat er ruimte komt voor onderzoek naar nieuwe woonvormen.
Wethouder Dennis de Vries (Wonen): “Wonen is een grondrecht. Als overheid hebben we de verantwoordelijkheid om te zorgen dat mensen betaalbaar, passend en aangenaam kunnen wonen. In de afgelopen jaren hebben we de woningmarkt steeds meer aan de markt overgelaten, met alle gevolgen van dien. Nu pakken we de regie terug. Dat betekent dat we ongelijk investeren voor gelijke kansen. We houden rekening met iedereen, maar we kiezen ervoor om extra ons best te doen voor díe groepen mensen die zonder onze hulp in veel gevallen niet aan een woning komen. Bijvoorbeeld mensen die nu geen dak boven hun hoofd hebben, mensen in een kwetsbare positie of mensen met lagere inkomens. Dat zijn moeilijke keuzes, zeker in een tijd waarin het aanbod schaars is, maar het past bij wie we als stad zijn. De stad van Sint-Maarten, waar we delen en omkijken naar elkaar.”
Snel toevoegen betaalbare woningen
Met de nota geeft de gemeente prioriteit aan het snel realiseren van meer betaalbare woningen; Utrecht streeft naar een bouwprogramma dat voor 75% bestaat uit sociale huur, middenhuur en betaalbare koop (met prijzen tot € 405.000). Daarbij ziet de gemeente liever betaalbare huur dan koop, omdat betaalbare koopwoningen alleen voor de eerste koper betaalbaar zijn – bij verkoop gaan de prijzen fors omhoog.
Het huidige bouwtempo van 3.000 nieuwe woningen per jaar wordt doorgezet. Om het tempo erin te houden, wordt goed gekeken wat nodig is om bouwprojecten van de grond te krijgen. Daarbij worden ook de geleerde lessen van tijdelijk wonen meegenomen. Als het gaat om sociale huur, zijn woningbouwcorporaties de belangrijkste samenwerkingspartners. In de nota is vastgelegd dat de gemeente en corporaties afspraken maken over de jaarlijkse netto groei van de sociale woonvoorraad.
Naast investeren in nieuwbouw, blijft Utrecht ook de bestaande woningvoorraad beter benutten. Bijvoorbeeld door woningdelen te stimuleren, door regels voor het splitsen van woningen te versoepelen en door leegstand tegen te gaan.
Passend wonen
Met de nota wil de gemeente niet alleen meer woonplekken creëren, maar er ook voor zorgen dat meer Utrechters wonen in een huis dat past bij hun financiële situatie, levensfase, gezinsgrootte en zorgbehoefte. Dat bevordert de doorstroming, waardoor er meer mensen aan een woning komen.
Zo wordt de ontwikkeling van passende woningen en woon(zorg)concepten voor specifieke aandachtsgroepen – zoals ouderen, studenten of mensen met een beperking – gestimuleerd. De toegang tot betaalbare woningen voor middeninkomens wordt bevorderd. Ook maakt de gemeente ruimte voor collectieve woonvormen, zoals wooncoöperaties.
“Een blijvend dilemma is het evenwichtig verdelen van de beschikbare woonruimte”, zegt De Vries. “Iedere woning die je aan één persoon geeft, gaat ten koste van iemand anders op de wachtlijst, dat weten we. Toch kiezen we ervoor om ons vooral te richten op mensen in een kwetsbare positie, want voor hen is het níet hebben van woonruimte het meest ingrijpend. Zij hebben een passend thuis nodig om te kunnen werken aan herstel. En andersom leidt wachten op een woning vaak tot extra zorg-, opvang-, jeugdhulp- en begeleidingskosten, die we als samenleving moeten opbrengen.”
Ongedeelde stad
De gemeente wil dat woningen op orde zijn en treedt op tegen misstanden, handhaaft op betaalbare huur en betrekt woningzoekenden bij planvorming. Daarnaast zet Utrecht nadrukkelijk in op gemeenschapsvorming en ontmoeting, juist omdat wonen meer is dan het stapelen van stenen. Belangrijk is dat er wijkgericht wordt gewerkt, dus dat er per wijk wordt gekeken waar behoefte aan is. Een diverse stad vraagt om diversiteit in wonen, in de stad als geheel én in de wijken.
De Vries: “We willen dat Utrechters betaalbaar en passend kunnen wonen, en met deze nota sturen we daarop. Meer dan in het verleden het geval was, pakken we de regie op het woonvraagstuk. Natuurlijk blijft er ook ruimte voor de markt. Omdat onrendabele woningen niet worden gebouwd, zullen er altijd zekere winstmarges zijn. Maar waar we met de nota op inzetten, is dat er ook iets tegenover moet staan – of het nu gaat om investeringen in de openbare ruimte, om het toevoegen van kwaliteit of om het bouwen voor een grote(re) verscheidenheid aan doelgroepen.”
Van 24 januari 2025 tot 7 maart 2025 kan iedereen de concept beleidsnota inzien en reageren op de plannen van de gemeente. Ook is er een samenvatting beschikbaar. Eind maart wordt de definitieve versie aan de gemeenteraad voorgelegd.