De gemeente Utrecht heeft meer dan duizend gebouwen en percelen in bezit die maatschappelijke meerwaarde hebben voor de stad, bijvoorbeeld in sociaal, sportief of cultureel opzicht. In de Beleidsnota Vastgoed, die gisteren naar de raad is gestuurd, wordt aangegeven hoe de gemeente in de komende jaren met het eigen vastgoed wil omgaan. In de nota wordt gezocht naar een goede balans tussen ambities en realisme.
Wethouder Dennis de Vries (Vastgoed): “Enerzijds willen we dat ons vastgoed goed onderhouden en betaalbaar blijft, vooral voor partijen met maatschappelijke meerwaarde, en stellen we eisen aan energiezuinigheid, circulariteit en toegankelijkheid. Anderzijds moeten we soms genoegen nemen met ietsje minder. Zo kiezen we primair voor méér maatschappelijk vastgoed, en accepteren we dat dat soms ten koste gaat van aanvullende maatregelen. Wat voor mij voorop staat, en dat is volgens mij ook de kern van de nota, is dat we met ons maatschappelijk vastgoed plekken creëren waar mensen elkaar kunnen ontmoeten en zich kunnen ontplooien. Daarbij is een goede spreiding in de stad belangrijk, met ‘ongelijk investeren voor gelijke kansen’ als leidend principe.”
Nieuw beleid maatschappelijk vastgoed
Utrecht groeit van 375.000 naar 400.000 inwoners in 2030. In een groeiende stad zijn voldoende voorzieningen nodig, zoals scholen, parken, wegen, openbaar vervoer, fietspaden, sport en cultuur voor iedereen. Onderdeel van deze essentiële voorzieningen is ook maatschappelijk vastgoed. De gemeente Utrecht bezit, beheert en onderhoudt meer dan duizend gebouwen en percelen. Dit vastgoed is belangrijk om maatschappelijke ambities en doelstellingen te bereiken. In de nieuwe Beleidsnota Vastgoed, waarin de plannen tot 2030 staan omschreven, staat hoe de gemeente het eigen vastgoed inzet om meerwaarde voor de stad te creëren.
Ambities en keuzes
In de nota staat realisme centraal. Utrecht heeft te maken met ruimtegebrek, klimaatverandering en oplopende bouw- en onderhoudskosten. Tegelijkertijd moet de gemeente bezuinigen. Dit alles vraagt om scherpe keuzes. In de nota kiest de gemeente vooral voor méér maatschappelijk vastgoed, ook als dat betekent dat een extra mooi of extra duurzaam gebouw niet mogelijk is. In de nota wordt gewerkt met duidelijke afwegingskaders, zodat duidelijk wordt waarom de gemeente bepaalde keuzes maakt.
Ongelijk investeren voor gelijke kansen
Het is belangrijk dat maatschappelijke voorzieningen gespreid zijn door de stad, zodat iedereen binnen tien minuten wandelen, fietsen of met het openbaar vervoer toegang heeft tot bijvoorbeeld sportaccommodaties, culturele instellingen en buurthuizen. Het uitgangspunt daarbij is ‘ongelijk investeren voor gelijke kansen’. Dat betekent dat projecten die de kansengelijkheid verbeteren voorrang krijgen. Het betekent ook dat op sommige plekken in de stad meer wordt geïnvesteerd in maatschappelijke voorzieningen dan op andere plekken.
Slim verduurzamen
Het verduurzamen van het eigen vastgoed blijft een prioriteit voor de gemeente Utrecht. Omdat de gemeente moet bezuinigen, zijn slimme keuzes nodig om met beperkte middelen zoveel mogelijk impact te maken. Niet alle gebouwen kunnen in een keer worden verduurzaamd; dat gebeurt stapsgewijs. Zo combineert de gemeente verduurzamen van haar gebouwen zoveel mogelijk met regulier onderhoud. Daarnaast zet de gemeente de CO2-reductiemethode in. Hierbij kijkt de gemeente niet uitsluitend of investeringen financieel rendabel zijn, maar juist naar de maatschappelijke terugverdientijd op de lange termijn. Dat betekent dat de benodigde investeringen om een gebouw te verduurzamen worden afgewogen tegen de maatschappelijke kosten van klimaatschade in de toekomst, als er níet zou worden geïnvesteerd.
Kwaliteit
De huur van het gemeentelijk vastgoed moet voor maatschappelijke partijen betaalbaar zijn. Dat betekent dat de gemeente aan deze partijen niet meer huur vraagt dan de kostprijs voor het gebouw, zoals kosten voor het beheer, onderhoud en andere investeringen. Binnen het beschikbare budget houdt de gemeente gebouwen in goede conditie, volgens de (landelijke) onderhoudsnormen, en werkt met duidelijke plannen om achterstallig onderhoud te voorkomen. Bij grote onderhoudsprojecten of verduurzamingsplannen worden waar mogelijk ook direct maatregelen genomen om gebouwen toegankelijk(er) te maken. Toegankelijk betekent dat iedereen de dingen kan doen waar het gebouw voor bedoeld is, ongeacht of iemand een beperking hebt. De komende jaren worden 55 gebouwen toegankelijker gemaakt; hier is apart geld voor gereserveerd.
De verwachting is dat de gemeenteraad in maart stemt over de nota. De nota is de basis voor het nog te maken Uitvoeringsprogramma Vastgoed. Daarin worden de doelstellingen vertaald in concrete resultaten en acties.