Wat kunnen we verwachten van het nieuwe nijntje museum?

Merel Vens, Marco Grob en Eva Oosters
Merel Vens, Marco Grob en Eva Oosters
Foto: Kevin Kwee Centraal Museum

Eerder deze maand werd het hoogste punt van de bouw van het nieuwe nijntje museum bereikt. Aan het uitgebreide pand aan de Agnietenstraat staat de staalbouw en is het dak geplaatst. Met optimisme kan er begonnen worden met afwerkingen binnen het interieur. Volgens zakelijke directeur Marco Grob wordt er echt gebouwd en is het moraal hoog dat het museum in de zomer zijn deuren weer opent.

‘Het was een lange tijd onzeker maar inmiddels kunnen we met iets meer zekerheid uitspraken doen en plannen maken’, vertelt Marco Grob over de bouw van het nieuwe nijntje museum. Voornamelijk waren er problemen met de levering en de beschikbaarheid van de materialen. Dit had te maken met verschillende factoren. Zo ondervond de voortgang van de bouw voornamelijk vertraging door de gevolgen van de coronapandemie, de oorlog in Oekraïne maar ook de krapte op de arbeidsmarkt en de opstopping in het Suezkanaal. ‘Al deze zaken hebben helaas gezorgd voor vertraging van een jaar. Gelukkig wordt er nu echt gebouwd en hebben wij er vertrouwen in dat wij in de zomer opengaan.’ Vertelt Grob enthousiast.
Tijdens de verbouwing aan de Agnietenstraat, verhuisde het kindermuseum vanaf november vorig jaar naar de Oudegracht 167. In het voormalige pand van de bibliotheek in het centrum van Utrecht was ruimte genoeg om het museum tijdelijk te huisvesten. Dit pand stond leeg en het nijntje museum zocht een tijdelijke bestemming, dit was een win-win situatie. Grob vertelt dat het ontzettend prettig was om in dit pand te zitten, mede doordat het zo ruimtelijk was opgezet. ‘Toch ben ik wel weer blij als ze terugkomen bij het echte nijntje museum. Het voelt als thuiskomen. Ook denk ik dat het fijn is als we weer tegenover het Centraal Museum zitten. Ondanks het verschil in doelgroep hoop ik toch dat de bezoeker van het nijntje museum ook even naar binnenloopt bij het Centraal Museum en dat elke Utrechter minimaal één keer in zijn leven het bezoekt.’
Inmiddels is het zes jaar geleden dat het nijntje museum is geopend aan de Agnietenstraat. Hiervoor was er het Dick Bruna huis dat toen is omgetoverd tot nijntje museum. Dick Bruna is als kunstenaar nog steeds te zien op de tweede verdieping van het Centraal Museum, waar je het nagebouwde atelier kan bezoeken en kunt ervaren hoe Dick Bruna werkte. Zes jaar geleden werd het Dick Bruna huis omgedoopt tot het nijntje museum en richt het zich op de jongste doelgroep van 2 tot 6 jaar die hun wereld ontdekken met nijntje en haar vriendjes. Volgens Grob is deze omvorming een enorm succes gebleken. ‘De eerste weken dat het nijntje museum was geopend, stonden er rijen bezoekers buiten. Kinderen die ongeduldig werden stonden buiten te wachten terwijl wij probeerden iedereen in de rij tevreden te houden met lekkers en stickers. Dat was een heel bijzonder moment’, vertelt hij. Na de eerste weken van de opening, bleven de bezoekersaantallen hoog. Na het eerste jaar van de opening merkte het museum dat er te weinig ruimte was voor alle bezoekers. Het Dick Bruna huis trok jaarlijks 45.000 bezoekers. Bij de verbouwing tot het nijntje museum werd er uitgegaan van een gemiddeld bezoekersaantal van 100.000 per jaar. In het eerste jaar lag dit getal al op ruim 160.000 en dit bleef aan. Het gebouw trok jaarlijks meer bezoekers dan er ruimte voor was. ‘Dus toen de grond beschikbaar kwam achter het museum, dachten we direct: ‘Dit moeten we doen’. De verbouwing van het Dick Bruna huis tot het Nijntje Museum is een geslaagde stap gebleken en ik ben ervan overtuigd dat de bouw van het nieuwe museum dit ook wordt.’ Vertelt de zakelijk directeur van het museum.
Het nieuwe museum moet veel meer ruimte bieden. Zo verdubbelt het gebouw bijna van oppervlakte. Er komt meer ruimte voor expositie maar vooral de faciliteiten zullen een stuk beter worden. Er komen ruimere gangen, toiletten en meer liften. Alles in het nieuwe gebouw zal ruimer worden opgezet. Dit vergroot het comfort van de bezoeker en de toegankelijkheid van het museum. Ook is er ruimte voor een theatrale beleving in het nieuwe museum. Er is een ruimte waar theater gespeeld kan worden voor ongeveer 80 man publiek. Mocht er niets worden gespeeld, dan is de ruimte te gebruiken voor de interactieve beleving voor de bezoekers. Verder komt er een eigen horecavoorziening in het museum die op jonge gezinnen is ingesteld. Het nieuwe museum wil toegankelijk zijn voor een bredere doelgroep vertelt zakelijk directeur Grob. ‘Zo is het gemakkelijker te betreden voor bezoekers die slecht ter been zijn, ook zijn er speciale prikkelarme ruimtes ingericht voor bezoekers die meer behoefte hebben aan rust.
Het is voor een museum altijd belangrijk om goed aansluiting te vinden met wat er leeft in de wereld. Dit heeft het nijntje museum onderzocht door de afgelopen jaren te monitoren welke thema’s wel en niet werken in het museum. Aan de hand van deze bevindingen, wordt er eventueel iets verandert aan de inrichting om te zorgen dat het actueel blijft. Om de bezoekersaantallen op pijl te houden, worden er speciale campagnes ontwikkeld. Zoiets gaat namelijk niet vanzelf. Ondanks dat er in het nijntje museum veel te spelen valt, blijft het een museum en geen speelhal. Het is ons doel om kinderen, jongere maar ook oudere bezoekers spelende wijs kennis te laten maken met de wereld van nijntje en haar vriendjes. Nijntje is heel bijzonder. Dat blijkt al uit het feit dat het na 65 jaar nog steeds onverminderd populair is. Iedereen kan zich herkennen in de verhalen van nijntje en haar vriendjes. Het zijn tijdloze verhaaltjes die altijd universeel blijven en toegankelijk door zijn eenvoud. Daar ligt de kracht van nijntje. De ogenschijnlijk eenvoudige tekening van nijntje is wereldwijd herkenbaar als Nijntje. (Jan Roz)

Cookieinstellingen