De gemeente Utrecht is een juridische procedure gestart tegen Konder Wessels Projecten vanwege te hoge huurprijzen bij het project Wilhelminawerf. De casus is ook aanleiding geweest om te kijken wat de gemeente hiervan kan leren om soortgelijke situaties in de toekomst te voorkomen.
De gemeente Utrecht was eind vorig jaar onaangenaam verrast door de huurprijzen van de eerste 61 woningen (blok A) in het project Wilhelminawerf. Konder Wessels Projecten (KWP) bleek niet bereid de prijzen aan te passen en heeft inmiddels ook de prijzen voor de 54 woningen in blok B op de website gezet die volgens de gemeente ook ruim boven de in 2016 gemaakt afspraken liggen.
Volgens KWP waren in de brieven van 2016 door het bedrijf genoemde huurprijzen ‘informatief bedoeld’ en hadden daarom geen bindend karakter. De gemeente Utrecht kijkt hier anders tegenaan en is daarom een juridische procedure gestart tegen KWP.
De casus Wilhelminawerf is ook aanleiding voor de gemeente om deze casus te laten analyseren om te kijken wat de gemeente hiervan kan leren om soortgelijke situaties te voorkomen. Inmiddels hebben er al belangrijke aanpassingen plaatsgevonden. Die zijn vastgelegd in het eind 2017 vastgestelde Actieplan Middenhuur en de midden 2019 vastgestelde Woonvisie. Hierin zijn onder meer richtlijnen vastgesteld voor de verhouding tussen m2 en huurprijs en voor de minimale exploitatietermijn.
Lees ook:
Huurprijzen in Merwedekanaalzone hoger dan afgesproken
