Mevrouw
M. Mercuur-Meinders woont al 12 jaar op de Louis Couperusstraat en ze
heeft al zes jaar last van ratten. 'We hebben er al van alles aan gedaan,
maar ze blijven komen', zegt ze in het
Utrechtsch Nieuwsblad op
dinsdag 27 oktober 1964.
Vol
afschuw toont mevrouw Mercuur een grote grijze rat die ze op de
vliering van haar flat in een val heeft gevangen. Het is de
zoveelste, want met de regelmaat van een klok haalt zij de dode
ratten van boven.
Twee
jaar geleden, toen de rattenplaag bij haar thuis werkelijk de
spuigaten uitliep, heeft zij de gemeente en de huisbaas ingeschakeld.
Mevrouw Mercuur heeft toen de gaten op de vliering getoond, waardoor
de ratten binnenkomen. De gaten werden gedicht, er werd gif
gestrooid, maar de ratten bleven komen.
Op
de een of andere manier spelen ze het klaar naar de vierde verdieping
van het flatgebouw te klimmen, vertelt mevrouw Mercuur. Zij komen
uit de sloot langs de Cremerstraat en van het braakliggend stuk
grond, dat aan het gebouw grenst. Die plaats moet een lustoord voor
ratten zijn. De buurtbewoners gebruiken het terrein om er afval te
gooien. De gemeentelijke reinigingsdienst laat de rommel er
regelmatig afhalen, maar de ratten hebben zich er nu eenmaal
genesteld. Die gaan niet meer weg.
Mevrouw
Mercuur weet ook een oplossing voor het rattenprobleem. Het
braakliggend terrein aan de Louis Couperusstraat moet bebouwd worden,
suggereert zij. We hebben in Utrecht een zo'n gebrek aan garages,
laat iemand er garages of boxen neerzetten. Wanneer het niet meer
mogelijk is daar afval te gooien, gaan de ratten vanzelf weg.
Mevrouw
Mercuur is niet de enige in de straat die last van ratten heeft. Ook
de buren horen soms de ratten op de vliering lopen. Mevr. Mercuur zou
willen dat er afdoende maatregelen op de vliering werden getroffen.
Het dichten van de gaten is de vorige maal niet efficiënt geweest.
Er zou blik gebruikt moeten worden, zegt ze, daar komen de ratten
niet doorheen.
Mevrouw
Mercuur, die alleen met een 19-jarige dochter in de flat woont, is
niet bang voor de ratten. Ze heeft er in de laatste jaren al enkele
tientallen gevangen. Wel is ze vies van de beesten. Ze zal altijd
eerst gummihandschoenen aandoen, als zij weer een rat uit de val gaat
halen. De dode ratten verbrandt ze op het terrein naast het huis. Dat
lijkt mij het meest hygiënisch, zegt zij.
Toch
hoopt mevrouw Mercuur wel dat er nu binnenkort eens een definitief
einde aan de rattenplaag gemaakt kan worden. Het is niet leuk, zegt
zij, 's nachts wakker te worden en ratten boven je hoofd te horen
lopen.