Ruimte voor de jeugd. Dat is er ruimschoots gemaakt in het park Transwijk op het Utrechtse Kanaleneiland. De jeugd buit die ruimte uit. Op vrije middagen en in de vakanties krioelt het in het nog niet eens voltooide park van de kinderen. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op zaterdag 10 juli 1965.
Vooral het achterste stuk met zijn schoolwerktuinen, zijn jeugdhonken, zijn verkeerstuin en zijn bouwspeelplaats is in trek. Maar ook het zanddepot, de grote speelweide en het struikgewas achter de reinwaterkelder zijn voorname attracties.
Want de jeugd houdt niet alleen van min of meer 'georganiseerde' vrije tijdsbestedingen. De meeste kinderen hebben, in tegenstelling tot veel volwassenen, voldoende fantasie om zich op eigen houtje te amuseren. In het struikgewas voelen ze zich Ivanhoe en in het zanddepot een Bonanzaheld.
Ontwerpen van een park is geen werk voor mensen die snel de volledige resultaten van hun werk willen zien. Want het duurt wel even tot een park werkelijk een park is. Voordat Transwijk echt is zoals de makers het zich hebben voorgesteld zijn we al weer een generatie verder. Dan zijn de vaders van de kinderen die er nu spelen al gepensioneerd. Dan zal het meisje, dat er nu in de zandbak zit, er met haar baby heengaan. Dan is achter het Kanaleneiland misschien al weer een nieuwe wijk ontstaan. Met een nieuw park.