'Ik wil later graag accordeon-leraar of dirigent worden', zegt de elfjarige Mario Hoevenaar, Aphroditedreef 21 in Utrecht, die als jongste winnaar met 168 punten een eerste prijs won in de ere-afdeling op het groot nationaal zang-, muziek- en solistenconcours, Viva la Musica, dat enkele dagen geleden in Utrecht is gehouden. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op zaterdag 16 oktober 1965.
'Jawel,' vult zijn moeder aan, 'maar hij moet na de lagere school toch eerst nog naar de mulo en dan naar het conservatorium, voordat daarover een beslissing kan worden genomen. We hopen natuurlijk wel, dat hij zo ver komt, maar we willen niet op de zaken vooruit lopen. Voorlopig is het nog toekomstmuziek.'
Mario is in december 1961 begonnen met les nemen. Na drie maanden behaalde hij een eerste prijs in een concours in De Bilt bij de afdeling elementair . Emma, zijn zusje won daar een eerste prijs in de vierde afdeling elementair, aldus mevrouw Hoevenaar. In totaal zijn er zeven afdelingen. Leerlingen beginnen in de afdeling elementair, daarna respectievelijk in de vierde, derde, tweede en eerste afdeling, die Mario en Emma nu hebben bereikt en ten slotte de klasse superieur.
De kinderen nemen deel aan vele concoursen. In 1964, bijvoorbeeld, wonnen ze in Luzern eerste prijzen in de jeugdafdeling. 'Zo iets is natuurlijk geweldig, alhoewel erg vermoeiend. Daar kwamen allemaal internationale accordeonisten', aldus hun moeder.
Sinds 1962 hebben zij beiden elk jaar op de concoursen van Viva La Musica eerste prijzen gewonnen, zegt mevrouw Hoevenaar trots. Maar dit jaar deed Emma niet mee. Ze is leerlinge van de huishoudschool en moest dus om haar schoolwerk denken. Maar ze speelt nog wel. Vorige week trad ze met Mario nog op voor bejaarden in een rusthuis in Zeist. Vanavond spelen ze in de strafgevangenis in Scheveningen. Die mensen moeten natuurlijk ook ontspanning hebben en als de kinderen daarvoor gevraagd worden doen ze dat graag, vertelt hun moeder.
'Ik moet zeggen dat de kinderen enorm veel steun hebben aan hun leraar, meneer Schröder, die de inschrijvingen voor concoursen regelt, de verplichte stukken met hen doorneemt en hen bij alles wat de accordeonstudie aangaat zoveel mogelijk helpt.'
'Wij zelf, m'n man en ik helpen de kinderen ook, aldus mevrouw Hoevenaar. We kunnen gelukkig allebei noten lezen, zodat we de kinderen bij hun theorie kunnen helpen. M'n man heeft vroeger ook accordeon gespeeld, maar om financiële redenen is hij ermee opgehouden. Als u weet, dat de kinderen al elk aan hun derde accordeon toe zijn, kunt u begrijpen dat het erg duur is en dan nog het lesgeld en de reiskosten voor de concoursen.'
Ze zijn begonnen met een accordeon 32 bas. Dit moet omdat kinderen nog geen groter instrument kunnen hanteren. Nu speelt Emma al 120 bas en Mario 97 bas. Het is begrijpelijk, dat deze accordeons natuurlijk veel meer mogelijkheden hebben. 'Ik zelf', zegt mevrouw Hoevenaar, 'heb altijd gitaar gespeeld, maar ben er voorlopig mee opgehouden.'
'M'n man en ik zijn natuurlijk trots op Mario en Emma, maar we zorgen er wel voor dat het succes hen niet naar het hoofd stijgt. Elke dag moeten ze ongeveer twee uur studeren. Als ze te veel huiswerk hebben schiet het muzikale gedeelte er wel eens bij in, maar dat halen ze dan zondags in. Ik zat er altijd één boven en één beneden studeren. Soms word je er, als je in de keuken staat, en dat zo aanhoort, wel eens crazy van. Dan ben je weer blij als ze klaar zijn. Maar ja, je moet er ook wat voor over hebben als de kinderen iets willen bereiken.'