Drie maanden geleden zijn een brigadier en vijf hoofdagenten achter het stuur van hun surveillancewagen gekropen om - vrijwillig - zes maanden lang in training te gaan in de Bilthavense Varenkamp. Adjudant J. Timmer leidt in samenwerking met opperwachtmeester C. Zwaan de eerste na-oorlogse Utrechtse politieruiters op. De heer Timmer is commandant van de groep Bilthoven der bereden rijkspolitie. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op zaterdag 30 januari 1965.
In mei zullen de eerste vier paarden officieel hun intrede doen in Utrecht. Hoe het precies gaat, weet de commandant der bereden politie, inspecteur J.J.M. van der Ven, nog niet. Maar we geven er wel een feestelijk tintje aan, zegt hij.
De zes aspirant-ruiters - brigadier Van Mourik en de hoofdagenten Olij, Zijlveld, Kragting, Spier en Van Nistelrooij - zijn geselecteerd uit een groep van veertig paardenliefhebbers. Zij allen voldeden aan de twee eisen: boven de 35 en hoofdagent zijn. Alleen de heer Van Mourik heeft in dienst - bij de cavalerie - paard gereden, de overigen wisten slechts van het bestaan van dit edele dier af.
Tijdens de opleiding leren de ruiters-in-opleiding van en over het paard: dagelijks een paar uur rijden en veel theorie. Zo moeten ze bijvoorbeeld een 'rot straal' kunnen verhelpen. Dat is een ontsteking onder de voet van het paard.
De rijkspolitie leidt de gemeentepolitiemensen voor niets op, zes maanden lang. Alleen voor het voer moet de Utrechtse politie wat betalen. 'Een voorbeeldige samenwerking tussen beide korpsen,' zo noemen de ruiters en instructeurs het.
De vier paarden - volgend jaar komen er nog vier bij - zullen voornamelijk ingezet worden voor de surveillance in de stad. Daarnaast hoopt men ze te gebruiken bij lustrumfeesten, rellen, voetbalwedstrijden, afzettingen bij branden, optochten en tal van andere manifestaties. Er is een duidelijke behoefte ontstaan aan het paard als tegenwicht tegen de verregaande automatisering bij de politie, aldus de heer Van der Ven, die geassisteerd wordt door adjudant G. Rap.
Namen hebben de vier al gekochte en door de rijkspolitiepersoneel afgerichte paarden nog niet. Ze wilden de dieren namen geven van de hoofdcommissaris en de burgemeester, maar we moeten er nog eens over denken, zegt de commandant van de bereden Utrechtse politie. De paarden zijn gemiddeld ruim vier jaar oud en zijn van een inlands ras. Voorlopig wisselen de ruiters iedere dag van paard, maar straks krijgen ze allemaal hun eigen paard, op de twee reserveruiters na.
De verhouding tussen de gemeente- en rijkspolitie is zo goed, dat als onderbreking van lessen training gemeentepolitie tegen de rijkspolitie volleybalt, in de manege. Het gaat meestal om koeken bij de koffie. De gemeente wint meestal, zegt adjudant Timmer, eerlijk en spijtig.