Vertegenwoordigers van buitenlandse werknemers afkomstig uit de provincie Utrecht, hebben een bezoek gebracht aan het ministerie van Maatschappelijk Werk in Den Haag. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op vrijdag 8 januari 1965. De delegatie die bestond uit Spanjaarden, Marokkanen, Grieken, Turken en Italianen, bood de minister , mejuffrouw J.F. Schouwenaar-Franssen, gelukwensen voor het nieuwe jaar aan.
Zij beantwoordde ieder in zijn eigen taal, alleen het Turks kostte haar enige moeite. De Marokkanen bedienden zich van de Franse taal. Nadat haar verscheidene geschenken, zoals bloemen en poppen in nationale klederdracht, waren aangeboden, onderhield zij zich nog enige tijd op charmante wijze met de leden van het gezelschap. Twee Griekse jongemannen hadden voor de gelegenheid hun nationaal kostuum aangetrokken.
Het bezoek was georganiseerd door de stichting 'Bijstand buitenlandse werknemers' in de provincie Utrecht. In deze provincie werken thans ongeveer 2500 buitenlanders, aldus de voorzitter, de heer M.J.M. Ahsmann. In de stichting zijn werkgroepen voor de diverse nationaliteiten vertegenwoordigd.
De stichting 'Bijstand buitenlandse werknemers' die in het voorjaar 1963 werd opgericht, wordt gesteund door het ministerie van Maatschappelijk Werk, de gemeente Utrecht en door de betrokken bedrijven. Voor de Spanjaarden, de Grieken, de Turken en de Italianen bestaan eigen tehuizen. De Marokkanen genieten gastvrijheid in het Turkse centrum. Naast het beoefenen van sport en spel worden lessen gegeven in de Nederlandse taal en in verkeersveiligheid. Voorts houdt de stichting spreekuur voor maatschappelijke bijstand.
Mevrouw Schouwenaar roemde 't werk van de stichting en de actieve bijdrage, die de buitenlanders zelf aan het werk leveren. Zij sprak in dit verband van een klein stukje Europese solidariteit in de praktijk.