Utrecht 60 jaar terug: bezorgingsproblemen bij de melkhandel

04 sep , 12:19 Geschiedenis
melkbezorging
De bel of niet de bel? Dat is op het ogenblik de grote vraag voor de Utrechtse melkhandel. De Utrechtse melkslijters kampen namelijk met bezorgingsproblemen, enerzijds in verband met de arbeidstijdverkorting, anderzijds in verband met de moderne woningbouw, waardoor thuisbezorging steeds moeilijker wordt. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op vrijdag 4 september 1964.
Als oplossing is nu voorgesteld dat de melkhandelaar, voorlopig te beginnen met de zaterdag, net zoals in de vakantietijd aan de wagen verkoopt en zijn aanwezigheid bekend maakt met belgelui. Een dergelijk belsysteem werkt thans in De Bilt tot tevredenheid van het publiek en de melkhandel. In Utrecht is nu één melkhandelaar ertoe overgegaan om zaterdag verkoop aan de wagen in te voeren, vertelt de heer D. Baars, secretaris van de regelingscommissie van de melkhandel.  Op bestuursniveau wordt wel gesproken over een verkorting van de werkweek van de melkbezorgers, maar van een regeling is men nog wel eventjes af.
Bij dit probleem speelt de typisch Utrechtse omstandigheid een rol dat hier naar verhouding zeer veel zelfstandige melkslijters zijn. Slechts een van de vijf Utrechtse melkinrichtingen heeft een eigen bezorgersapparaat (namelijk de Vumi met circa twintig wijken). De rest van de in totaal 340 Utrechtse wijken wordt bediend door 280 zelfstandigen. Bij deze zelfstandigen leeft de traditie van het huis aan huis bedienen nog sterk, mede omdat deze de verkoop van de bijproducten stimuleert, en is er huiver om 'de klanten in de steek te laten'.
Een jaar of drie geleden is voorgesteld om een vrije woensdag in te voeren. Bij een enquete bleek echter dat driekwart van de melkhandelaren tegen dit voorstel was. Het zou voor de zelfstandigen de problemen ook alleen maar verschuiven. Tweehonderdveertig van de tweehonderdtachtig zelfstandige bezorgers hebben namelijk ook een melkhandel en dan zouden ze de drukte van de straat in de winkel krijgen, terwijl ze die dag bovendien nog vroeger sluiten.
Een ander probleem is de gewone bezorging. Moderne woningbouw en melkbezorging zijn twee grootheden die zich niet zo goed verdragen. Allerlei architecturale vondsten zijn een nachtmerrie voor de melkhandelaar.  Neem bijvoorbeeld de Griekse godenbuurt op Overvecht, waar de huizen in blokken van zes in een soort doolhofbouw zijn geplaatst. De melkbezorger kan maar drie van de acht blokken direct van de straat bereiken en moet soms dertig meter lopen om bij zijn andere klanten te komen.
Bezorgingsproblemen zijn er ook in de binnenstad waar alleen het parkeren al steeds moeilijker wordt. Vooral nu de melkbezorgers allemaal gemotoriseerd zijn, omdat ze anders hun assortiment bijproducten niet kunnen meenemen.  Galerijflats zijn een hoofdstuk apart voor de bezorgers voor wie het eigenlijk al ondoenlijk is om alle galerijen langs te gaan om te bellen. Aan de andere kant is het ook weinig aangenaam voor de huisvrouwen in dergelijke grote woningblokken als ze vaak een flinke tijd bij de wagen van de melkbezorger moeten wachten. En een paar melkflessen, die altijd nog bijna twee kilo wegen, is 'n heel gesjouw. In deze 'probleemgebieden' is de enige oplossing dat publiek en bezorgers samen een oplossing vinden', zegt de heer Baars.
Bij dit soort problemen is het natuurlijk van belang welke verpakking men gebruikt. De laatste jaren is er een belangrijke verschuiving van de verkoop van losse melk naar flessenmelk. Dat betekent natuurlijk meer sjouwen door de bezorgers, dus tijdverlies. Papierverpakking dus? Er is in Utrecht nog niet veel beweging op dit gebied. De U.M.C., waarbij ongeveer de helft van de bezorgers melk betrekt, verkoopt sinds een paar maanden vla en pap in papierenverpakking, maar verder is men wat huiverig om daarop over te gaan.