Utrecht 60 jaar terug: de tram in ere herstellen

04 dec 2023, 13:17 Geschiedenis
img 8971
UN 4-12-1963

Volgens drie Utrechters is er slechts één mogelijkheid om radicaal met de verkeersproblemen in Utrecht af te rekenen: de tram in ere herstellen. Daar pleiten de heren J.H. van Piggelen jr. (30), W. Van Doorn (39) en C. Waakop Reijers (26) voor in het Utrechtsch Nieuwsblad op woensdag 4 december 1963.

De heren Van Piggelen en Van Doorn verdienen hun brood met een kantoorbaan, de heer Waakop Reijers is magazijnmeester van een garage. Ze hebben echter een uitgesproken overeenkomst en dat is hun vurige liefde voor de tram en alles wat daarmee samenhangt.

In de afgelopen winter, toen sneeuw en gladde wegen het busverkeer herhaalde malen parten speelden, hebben deze drie gezocht naar een mogelijkheid die het openbaar vervoer aantrekkelijker zou maken. Zij hielden bij het ontwerpen van hun plannen het beeld van de tram voor ogen.

Kijk, concludeerden zij, bouw aan de rand van Utrecht, iets ten noorden van de Berenkuil, een groot busstation. En een enorm parkeerterrein. Per tram kan men dan het centrum van de stad bereiken. Geen bussen, ook geen interlokale bussen meer in de stad en zo min mogelijk auto's van buiten.

De gedachte tramlijn van het busstation aan de Berenkuil loopt dan via de Maliebaan, Maliesingel, Tolsteegsingel, Catharijnesingel en Moreelselaan naar het Centraal Station. Het is geen rechte weg, maar de bussen doen nu over de afstand centraal station - Berenkuil in het spitsuur 13 tot 17 minuten. De tram, en vooral als men een dubbelgelede tram gebtruikt, zal er, ondanks de omweg langs de singels, veel korter over doen. De tram zou maar één minuut behoeven stil te staan om de passagiers te laten in- en uitstappen. Om de rijtijd nog korter te maken wordt het aantal haltes tot een minimum gereduceerd: uitgezonderd het begin- en eindpunt drie tussenhaltes. De frequentie zou dan tot 7 1/2 minuut kunnen worden opgevoerd, in de spitsuren zelfs tot 5 minuten.

Het driemanschap heeft deze zomer hun plannen, zoals bekend, in een adres aan de gemeenteraad ontvouwd. Ondanks hun overtuiging dat dit de oplossing zou zijn voor de Utrechtse verkeersproblemen, hadden ze toch eigenlijk niet gerekend op de reacties die ze op hun tramplan, dat nu in de openbaarheid was gebracht, kregen.

Dat gaf hun nieuwe moed. In hotel Noord-Brabant belegden zij dinsdagavond voor eigen rekening een bijeenkomst om, zoals de heer Van Piggelen het zei, de Utrechters wat meer bekend te maken met de 'materie-tram'. Vele tientallen gaven door hun komst (er waren zelfs niet voldoende stoelen om iedereen te laten zitten) blijk van hun belangstelling voor het tramplan.

In Utrecht associeert bijna iedereen het woord tram nog met de oude trams, zoals die tot 1938 voor het openbaar vervoer werden gebruikt. Maar de tram is niet ouderwets: integendeel, zo zegt het tramdrietal, in talloze plaatsen, vooral in het buitenland, komt men op de tram als vervoermiddel terug.

De uitvoering van het tramplan zal ongeveer 27 miljoen gulden gaan kosten. Deze berekening hebben de heren gebaseerd op een prijsopgave van de Haagse Tramweg Maatschappij.