In Utrecht worden zeventig extra Greenwheels deelauto’s geplaatst. Nog niet eerder plaatste het autodeelbedrijf zoveel deelauto’s tegelijkertijd in de stad. Inmiddels zijn er 47 stuks geplaatst, begin 2021 komen daar nog ruim twintig deelauto’s bij. Een versnelde groei is volgens het bedrijf noodzakelijk om te voldoen aan de stijgende vraag naar deelvervoer in Utrecht. In totaal telt Utrecht nu 270 deelauto’s.
Het gebruik van deelauto’s is in Utrecht de laatste twee decennia flink toegenomen, in het jaar 2000 waren 32 deelauto’s in de stad te vinden, in 2009 werd de grens van honderdvijfitg auto’s overschreden. Ongeveer 24 gebruikers delen samen één Greenwheels auto en zorgen per geplaatste deelauto zo voor gemiddeld 11 auto’s minder op straat, blijkt uit onderzoek van Goudappel Coffeng.*
De nieuwe Greenwheels auto’s worden op diverse locaties in Utrecht geplaatst, waaronder de Amsterdamsestraatweg, Lange Nieuwstraat en Vleutenseweg. Er is gekozen voor zowel compacte stadsauto’s van het type Volkswagen up! en stationwagens Volkswagen Golf Variant. De auto’s staan in een begrensd vast gebied of op een vaste parkeerplaats, te lokaliseren met behulp van de Greenwheels app. Een deelauto betaal je alleen bij gebruik. Iedereen met een rijbewijs kan zich aanmelden bij Greenwheels via de website of via de app. De deelauto kan worden geopend via de app of met een OV-chipkaart.
Deelauto gebruikers rijden gemiddeld bijna tweeduizend kilometer minder per jaar, dit blijkt uit onderzoek van Goudappel Coffeng*. Ze denken beter na over mobiliteit wanneer ze op pad gaan, fietsen vaker en kiezen meer voor openbaar vervoer. Onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving onderschrijft dit, daaruit blijkt dat autodelers 8 tot 13% minder CO2 uitstoten. Andrew Berkhout, directeur Greenwheels is dan ook blij met deze stap: “Als grondlegger van autodelen in Nederland helpen we gemeenten van Nederland om de steden leefbaarder te maken. We zijn trots op onze rol en wat we hebben bereikt. Onze ambities zijn groot, we geloven in een deelauto voor iedereen en denken graag met gemeenten mee over de steden van de toekomst.”
