Meer buurt-, sport- en cultuurcoaches in Utrecht

09 jul 2019, 17:20 Sport
soccer 2093960 1920
pixabay
Sinds begin 2019 is ruim 17 fte extra beschikbaar voor buurt-, sport- en cultuurcoaches in Utrecht om kinderen, jongeren en andere groepen te stimuleren te sporten, bewegen en mee te doen aan culturele activiteiten. Zij richten zich ook op groepen die daarbij nu een belemmering ervaren. De coaches gaan in buurten en wijken aan de slag om talentontwikkeling en gezondheid van deze Utrechters te bevorderen.
Bij SportUtrecht zijn 7,8 fte extra buurtsportcoaches en sportclubadviseurs aangesteld die werken in de wijk, op scholen en bij verenigingen. Zij ondersteunen de verenigingen bij vragen op het gebied van accommodaties en duurzaamheid en zetten zich in voor bewoners die niet veel sporten en bewegen. Zo zijn de uren van de buurtsportcoach aangepast sporten uitgebreid en zetten coaches zich in voor de pedagogische versterking van trainers op de club. De uitbreiding sluit aan bij het op 5 juli 2019 ondertekende Utrechts Sportakkoord. Daarin staan vitale aanbieders, positieve sportcultuur en inclusief sporten en bewegen centraal. Een aantal van de buurtsportcoaches zijn werkzaam bij partijen in de stad, die zelf de cofinanciering leveren. Een voorbeeld hiervan is de buurtsportcoach die vanuit het Leger des Heils sport- en beweegactiviteiten organiseert voor en door bewoners uit de maatschappelijke opvang.
De meeste cultuurcoaches werken vanuit de wijkcultuurhuizen in Leidsche Rijn, West, Kanaleneiland, Overvecht en Zuilen. Zij werken samen met scholen in het primair onderwijs. Het gaat om activiteiten die zowel in de school als in de wijk plaatsvinden. Hiervoor zijn 4 fte extra beschikbaar gesteld. De gezamenlijke inzet en die van de brede school coördinatoren in het onderwijs is ook gericht op talentontwikkeling, betrokkenheid van ouders en (gedeelde) pedagogische aanpak. De extra inzet hierop is 5 fte.
De uitbreiding van buurt-, sport- en cultuurcoaches in Utrecht is mede mogelijk door extra budget van het Rijk. Het Rijk financiert 40% van de kosten tot en met 2022. De gemeente legt de overige 60% bij.