Utrecht 60 jaar terug: het probleem van de fietsdiefstallen

24 nov , 10:57 Misdaad
fietsdiefstal
UN 24-11-1964
De politie zou zo graag een eind willen maken aan de voortdurende toenemende reeks fiets- en bromfietsdiefstallen. Men weet echter dat er zonder medewerking van het publiek geen beginnen aan is. Hoofdinspecteur C. van den Dorpe, hoofd van de afdeling Voorkoming van misdrijven, heeft een goed idee: laat iedereen het nieuwe jaar beginnen met het noteren van het framenummer van fiets of bromfiets of motornummer van de bromfietsmotor. Alleen als men frame- of motornummer van zijn gestolen voertuig weet, kan de politie - misschien - helpen. In alle andere gevallen staat men machteloos. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op dinsdag 24 november 1964.
In september deden 298 mensen aangifte van diefstal van hun fiets. 92 fietsen kwamen terecht. In oktober kwamen 250 aangiften van gestolen fietsen binnen, 93 gevallen werden opgelost. De cijfers voor brommers in september zijn 76 verdwenen, 42 terecht, in oktober 98 weg, 53 terecht. In september verdwenen 4 motoren en scooters en kwam er 1 terecht, in oktober 5 weg, 5 terug. Ontvreemd werden tenslotte in september 4 auto's, die alle vier terugkwamen. In oktober verdwenen 8 auto's. Slechts 6 vond de politie terug.
De heer Van den Dorpe vindt dat het fietsendiefprobleem een 'vreselijk drama' wordt. De interesse van een fietsbezitter is gezien de ondeugdelijke sloten en de niet afgesloten fietsen bijzonder slecht. Het verdwijnen van fietsen hoeft geen werk van een echte dief te zijn. Veel mensen die de laatste bus missen of nog gauw de trein moeten halen 'lenen' hier of daar gauw een fiets.