Enkele
medewerkers van de politie worden bestraft vanwege uitingen die zij
eind 2023 op social media (X) plaatsten. De uitlatingen die drie
medewerkers op X deden, worden voor een groot deel als
onprofessioneel en/of discriminerend en/of racistisch beschouwd. Een
vierde medewerker deed uitspraken op X die kwetsend, ongepast of
grensoverschrijdend waren.
De
afdeling Veiligheid, Integriteit en Klachten (VIK) van de politie
deed onderzoek naar de uitlatingen en betrokkenheid van de
politiemedewerkers.
Straffen
op maat
Drie
medewerkers wordt daadwerkelijk verweten dat zij op social media
kwetsende en/of ongepaste en/of grensoverschrijdende uitlatingen
hebben gedaan. Dit wordt gezien als ernstig plichtsverzuim.
Een van
hen krijgt voorwaardelijk strafontslag opgelegd. Een andere
medewerker krijgt geen straf omdat specialistisch onderzoek heeft
aangetoond dat zijn gedragingen hem niet kunnen worden
aangerekend. Samen met de betrokken collega wordt bepaald of,
hoe en waar hij weer aan het werk kan. Bij een derde medewerker heeft
eveneens specialistisch onderzoek naar de toerekenbaarheid
plaatsgevonden. Dit is recent afgerond en binnenkort wordt beoordeeld
of zijn gedragingen hem kunnen worden toegerekend en als dat het
geval is wat dan de voorgenomen straf is.
Een
vierde medewerker deed uitspraken die kwetsend en/of ongepast en/of
grensoverschrijdend waren. Bij deze medewerker wordt een gedeelte van
het salaris ingehouden
De
voorgenomen straffen zijn in mei 2024 voorgelegd aan de
‘Adviescommissie grondrechten en functie-uitoefening
politieambtenaren’ (AGFA Politie). De uitkomsten hiervan laten nog
op zich wachten.
Onacceptabel
Yvonne
Hondema, politiechef Midden-Nederland: “Collega’s die kwetsende
en ongepaste uitspraken doen, waarvan vele zelfs discriminerend en
racistisch van aard, passen ons niet. Ook niet als die gedaan worden
in privétijd. Het is onacceptabel. Naast de verantwoordelijkheid die
deze collega’s hebben, vind ik het ook belangrijk dat wij als
organisatie die verantwoordelijkheid voelen en hiervan leren.
Uiteraard hebben wij hierbij oog voor de betreffende collega’s,
maar ook voor de collega’s en mensen in de samenleving die hierdoor
in hun waardigheid zijn aangetast.”