In mei 1968 gaat het strandbad van het recreatiecentrum Maarsseveense Plassen open. De grote plas ligt te wachten op de eerste bezoekers, zo meldt het Utrechts Nieuwsblad op zaterdag 13 april 1968. Het water wordt verassend helder genoemd
Acht jaar geleden ging de eerste schop de grond in. Het werk aan het recreatieve gedeelte loopt nog door tot omstreeks 1970. In 1968 wordt een hoogtepunt bereikt met de ingebruikname van het 400 meter lange strandbad in de noordwesthoek van de grote plas.
Voor de waterverversing is de tot 30 meter diepte uitgezogen plas aangewezen op Vechtwater. Dat lijkt weinig bemoedigend maar dat belooft volgens het Utrechts Nieuwsblad mee te vallen. Het water uit de Vecht wordt namelijk via de Nedereindsevaart binnengelaten in de kleinste van de twee voormalige zandwinningsplaatsen die dienst doet als bezinkbassin voor het Vechtwater. Van de kleine naar de grote plas stroomt het water via een legakkergebied waarin het gedwongen door de petgaten en rond de smalle uit de veenderijtijd overgebleven grondstrook te stromen en een afstand van 7 kilometer aflegt.
Op die lange weg, waarover het een paar weken doet, zorgt de biologische reiniging voor een glashelder product.
