Utrecht 60 jaar terug: grote trapvogel gevonden

De vogeldeskundigen in Nederland zijn ten zeerste geïnteresseerd in de vondst van de heer P.J. Bouwman, typograaf van beroep maar natuurliefhebber en houder van een vogelpark in Utrecht. Hij zag namelijk vlak bij zijn vogelpark een vreemde grote vogel liggen. Het bleek een grote trapvogel te zijn, zo meldt het Utrechtsch Nieuwsblad uit woensdag 6 maart 1963.

Een zeldzaam exemplaar in ons land. Men zou deze vogel kunnen plaatsen tussen de fazanten en de buitenlandse gekleurde ganzen.

De heer Bouwman werd om iedereen recht te doen wedervaren op de vogel opmerkzaam gemaakt door de 8-jarige Hans Sturkeboom. Maar zélf zorgde hij voor de vogel, die door deze barre winter getroffen werd en gedeeltelijk bevroren was. Een van de poten was al zover bevroren dat de vogel er lelijk door gewond was geraakt.

De heer Bouwman waarschuwde onmiddelijk de Vogelwacht Utrecht in De Bilt en naderhand ook de dierenarts F.G. Poelma. Hij gaf de vogel water, vlees en mais. Daar de dierenarts dit bijzonder mooie exemplaar - met een vleugelbreedte van 1.50 meter - behandelde kon terstond wat gedaan worden tegen de mogelijke gevolgen van een bloedinfectie. Het staat evenwel te bezien, of de vogel in leven blijft.

De grote trapvogel komt wel voor in noord-oost Duitsland, in noord Tjecho-Slowakije, in Rusland en voorts in Zuid-Frankrijk en 't noorden van Spanje. In ons land werd deze vogel niet meer aangetroffen.

Het is dus geen wonder dat de vogeldeskundigen in Nederland aangenaam verrast waren door deze vondst. De film- en fotoploeg van Staatsbosbeheer was dezer dagen ter plaatse om opnamen te maken.

De heer Bouwman heeft ontdekt dat de vogel zich voedt met vlees (muizen), graan (mais lust de vogel graag) en groente. Hij heeft bijzondere zorg aan dit exemplaar besteed maar vreest dat het niet in leven zal blijven. Het is zijn bedoeling op de duur een eigen vogelpark ergens in ons land te vestigen, waarvoor hij op het ogenblik onderhandelingen voert met verschillende gemeenten.