Krijgt de stad Utrecht in de toekomst een 'trammetro'? In het plan-Boes, thans voorgelegd aan de Utrechtse gemeenteraad, wordt voorzien in de aanleg van een noord-zuid en een oost-west sneltramlijn met een centraal overstappunt, dat bij voorkeur onder het Vredenburg zou moeten worden aangelegd. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op zaterdag 23 oktober 1965.
Verkeersdeskundigen in binnen- en buitenland zijn het er over eens: de de ontwikkeling van het moderne verkeer stelt 'n stadsbestuur voor schier onoplosbare problemen, tenzij men drastisch ingrijpt en verouderde begrippen als zou een tram niet meer in deze tijd passen, laat varen.
In het thans aanhangig gemaakte plan wordt voldaan aan de eisen voor nu en in de toekomst: railvervoer op een vrije baan, waardoor 'n punctuele dienstuitvoering verzekerd is en het overige verkeer niet wordt gehinderd…
Het zal uiteraard niet mogelijk zijn een dergelijk naar veler begrippen revolutionair plan ineens uit te voeren, maar men dient ook in dit opzicht de planning op te zetten voor een aantal jaren, aldus het plan Boes.
Hier stelde men vast, dat het verkeer van de toekomst de stad dreigt te verstikken. Als een der eerste eisen om hieraan te ontkomen wordt de versnelde aanleg geëist van bijzondere railverbindingen voor het openbaar personenvervoer. Railvervoer, zo is betoogd, vormt de ruggengraat van het openbaar vervoer omdat uit een oogpunt van capaciteit en gelet op het overige verkeer, de moderne tram verre de voorkeur verdient.