Vanmiddag omstreeks tien over een is in de Kernhaven in het industriegebied Lage Weide een schip ontploft, dat geladen was met fosforgranaten. Volgens de laatste berichten zijn er vijf doden en minstens achttien gewonden. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op maandag 12 juni 1967.
De ontploffing bracht grote ontsteltenis te weeg in Utrecht-west. Van vele huizen - de meldingen kwamen uit Zuilen, uit Oog in Al, Kanaleneiland, Majellapark - zijn ruiten gesneuveld. De eerste berichten spreken van vele gewonden door rondvliegend glas.
Veertig ton afgekeurde munitie zat er in het vaartuig op het moment dat het ontplofte. Elf militairen waren in het ruim aan het laden, de munitie was bestemd om via Zierikzee vervoerd te worden en op een diepe plaats in het water gestort te worden.
Soldaat Th. Kraan (20) uit Alblasserdam zag kort voor de ontploffing rook en vlammen uit een van de kisten in het ruim van het half geladen schip komen. Samen met andere manschappen van de 566e renovatiecompagnie van de Technische Dienst uit Gorcum probeerde hij met schuimblussers de vlammen te doven. Toen dat niet lukte, renden de mannen naar de kantoren van aangrenzende bedrijven, o.a. van de PUEM en van Philips Lasstavenfabriek, om te waarschuwen dat de brandweer gealarmeerd moest worden.
Voor ze de portier bereikt hadden, klonk al de donderende slag, waarmee de lading en schip ontploften. Kraan en de anderen waren omstreeks half drie nog in het onzekere over het lot van drie mannen uit hun afdeling.
In de Kernhaven worden geregeld ladingen afgekeurde munitie, afkomstig uit verschillende plaatsen van het land, verscheept. Om goed half drie was het definitieve aantal slachtoffers nog niet met zekerheid bekend. Het terrein rondom de plaats van de ontploffing lag zo bezaaid met munitie dat het niet verantwoorde geacht werd te gaan zoeken, zonder dat eerst deskundigen van de mijnopruimingsdienst ter plaatse waren. Men sprak op dat moment over de waarschijnlijkheid dat nog 2 of 3 hengelaars, die langs de kant gezeten hadden, ergens zouden liggen. Op onze verslaggevers maakte het terrein van de ramp de indruk van een gebied dat door een luchtaanval was geteisterd.