Het buitenbad Den Hommel in Utrecht zal naar raming 4,5 miljoen gulden kosten. Dit delen B. en W. de gemeenteraad heden mee. Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op dinsdag 3 maart 1964.
B. en W. voegen er echter aan toe dat in verband met de huidige situatie ten aanzien van de ontwikkeling van lonen en prijzen niet met zekerheid te zeggen is dat de bouwkosten binnen deze ramingen zullen blijven. Het plan is tot stand gekomen in nauw overleg met de Kon. Ned. Zwembond en de Ned. Sportfederatie. Het is de bedoeling dat er in 1966 de Europese zwemkampioenschappen worden gehouden.
B. en W. verwachten dat de Ned. Sportfederatie bereid zal worden gevonden de extra kosten te dragen die gemaakt moeten worden om het bad geschikt te maken voor de Europese zwemkampioenschappen. Deze worden geschat op 880.000 gulden.
Het wedstrijdbassin heeft afmetingen van 50×22 m, waarin 8 wedstrijdbanen naast elkaar kunnen worden uitgezet. Aan de noordzijde van het wedstrijdbassin is een betonnen tribune geprojecteerd met 1000 zitplaatsen.
De capaciteit van de in het binnenbad opgesteld ketelinstallatie is voldoende om daarmee in het zomerseizoen (mei tot september) tevens het zwemwater in het wedstrijdbassin en dat in het half-diep en ondiep-bassin op een minimum temperatuur te houden van 18 graden Celsius. Tijdens de zwemkampioenschappen kan, met behulp van een tijdelijke installatie, het bassinwater van de springkuil en het wedstrijdbassin op de voor de wedstrijd vereiste temperaturen van 27 en 23 graden worden gebracht.
