Wetenschap en burgers moeten elkaar nog vinden

Gevangen in een netwerk vol vragen
Gevangen in een netwerk vol vragen
Foto: CC0 Public Domain

UTRECHT – In het statige Paushuize, achter de Dom van Utrecht, kwamen wetenschappers, burgers en maatschappelijke organisaties samen om te praten over thema’s als ‘arbeidsmarkt’, ‘gelijkheid’ of ‘economie’. Deze samenkomst vormde de opmaat voor de Nationale Wetenschapsagenda die eind november wordt gepresenteerd en onder meer tot doel heeft wetenschap en samenleving dichter bij elkaar te brengen.

communication-73331_640

Begin dit jaar doen voorzitters Beatrice de Graaf en Alexander Rinnooy Kan een oproep om met vragen te komen voor de Nationale Wetenschapsagenda. Meer dan de helft van de bijna 12.000 vragen komen van individuen, en niet van organisaties of instituten. De vragen zijn teruggebracht tot 140 ‘clustervragen’ waar onderzoekers mee aan de slag kunnen.

Bezorgde burgers

Tot de duizenden vragenstellers behoren Wim Schipper (65) en Anton Hopmans (65). Schipper maakt zich zorgen over het financiële systeem. “Wat moet er gebeuren als dat in elkaar stort”, vroeg hij aan de wetenschap, “want de kans dat dat gaat gebeuren is niet nul.” Hopmans (65) vraagt zich af of er een beter systeem te bedenken is dan een democratie. “Ik ben benieuwd hoe de wetenschap daar op dit moment in staat.”

De door Universiteit Utrecht gisteren georganiseerde bijeenkomst verliep ietwat stroef en was voor alle partijen wennen. Veel vragenstellers zijn bezorgd, ze willen weten “hoe we dat nu gaan doen, met miljarden mensen op deze aardkloot” of eisen een antwoord op de vraag “waarom de overheid miljarden heeft gestolen uit onze AOW-pot”. Het gezelschap is divers: de branchevereniging voor hoveniers is aanwezig met een vraag over de leefbaarheid in de stad en beeldend kunstenaar Freddy Lap (75) vroeg de wetenschap waarom pyromanen zo vaak mannen zijn.

Afgewogen wetenschappers

“Mensen stellen een vraag, maar hebben vaak het antwoord al”, valt hoogleraar Mirko Noordegraaf op. Hij begeleidde een gesprek over de arbeidsmarkt, waar de afgewogen wetenschappers niet altijd werden begrepen door bezorgde burgers die in hun omgeving voedselbanken zien verschijnen en horen dat steeds meer mensen werkloos zijn.

De vaak verontwaardigde bijdragen ontlokken voorzitter Rinnooy Kan de uitroep dat hij “zo wordt getroffen door de stelligheid waarmee jullie spreken. Honderd jaar geleden sloegen mensen machines kapot omdat ze ervan overtuigd waren dat die alleen maar ellende zouden brengen. Maar ik denk dat we veilig kunnen zeggen dat onze welvaart sindsdien alleen maar is gegroeid.”

Conclusies

“Een gesprek tussen wetenschap en samenleving vraagt van beide kanten stappen”, concludeert Bas van Bavel, programmadirecteur Institutions for Open Societies. “Dit zijn twee verschillende werelden die samenkomen. Dit gesprek is de start van een proces dat misschien wel tien jaar duurt. De wetenschap moet meer verbinding zoeken met de maatschappij en inzichten beter terugkoppelen, daarin schieten we echt tekort”, zegt Van Bavel tijdens de dagafsluiting. “Maar dit gesprek vraagt ook iets van u”, vervolgt hij richting de vragenstellers. “U moet accepteren en respecteren dat de wetenschap geen pasklare antwoorden heeft. Het is niet: u vraagt, wij draaien.”

 

Cookieinstellingen