Nieuwe behandeling boezemfibrilleren bij St. Antonius Hartcentrum

Foto: St. Antonius ziekenhuis

Deze week werden in het St. Antonius Hartcentrum wereldwijd de eerste patiënten behandeld met de nieuwste ablatietechniek. Dat gebeurde met het PulseSelect™ PFA-systeem onder leiding van cardioloog prof. dr. Lucas Boersma. Met deze nieuwe ablatiemethode kan de behandeling niet alleen sneller maar ook veiliger worden uitgevoerd. Dat gebeurt door middel van elektrische schokken (pulse) met een zeer hoge elektrische lading, de zogenaamde Pulsed Field ablatie (PFA). Deze schok wordt heel nauwkeurig op het te behandelen  juiste hartweefsel aangebracht om de hartritmestoornis te behandelen.

Bij boezemfibrilleren, ook wel atriumfibrilleren genoemd, is de prikkel die de hartslag regelt verstoord. De boezems van het hart trekken dan te snel en onregelmatig samen, waardoor een ritmestoornis ontstaat. Dit kan allerlei klachten veroorzaken zoals hartkloppingen, druk op de borst, benauwdheid, en vermoeidheid. Ook is de kans op hartfalen en een herseninfarct door bloedstolsels groter. Boezemfibrilleren is vaak goed te behandelen met een ablatie van het hartweefsel bij de longaders in de linkerboezem waar de prikkels vandaan komen. Door de ablatie ontstaat littekenweefsel rondom de longaders, die ervoor zorgen dat de prikkels die de ritmestoornis veroorzaken niet meer in de boezems komen, en het hart niet meer op hol slaat. De littekens kunnen op verschillende manieren in het hartweefsel worden aangebracht zoals bevriezing of verhitting, en nu dus ook met electrische van schokgolven.

Elektrische schokken
Voor deze laatste methode heeft de firma Medtronic, geholpen door het St. Antonius Hartcentrum, een nieuwe techniek ontwikkeld: het PulseSelect™ PFA-systeem. Hiervoor word een ringvormige katheter via een ader in de lies naar de linker boezem van het hart geleid. Vervolgens wordt een serie van heel korte elektrische schokken met een zeer hoog elektrische lading afgegeven rondom iedere longader. Hierdoor ontstaat alleen heel lokaal een litteken in het hartspier weefsel, zonder dat omliggend weefsel wordt beschadigd.
De nieuwe techniek kost veel minder tijd dan de traditionele techniek, die afhankelijk is van het bevriezen of verhitten van het hartweefsel. Daarnaast is er minder kans op schade van omringende organen, omdat deze elektrische benadering heel nauwkeurig alleen het hartweefsel raakt dat de ritmestoornis veroorzaakt. Hierdoor is de nieuwe ablatiemethode niet alleen sneller maar ook veiliger voor patiënten. 

Kortere wachtlijsten
Cardioloog Lucas Boersma, paste de nieuwste techniek wereldwijd voor het eerst toe bij patiënten in het St. Antonius Hartcentrum. Hij was in de afgelopen 15 jaar ook nauw betrokken bij het onderzoek naar en ontwikkeling van deze nieuwe techniek. “Zoals verwacht uit deze studies zijn de eerste behandelingen zeer goed verlopen. Doordat de nieuwe behandeling vlotter verloopt dan de andere technieken kunnen we nu meer patiënten helpen op een dag. Zo kunnen we de wachtlijsten korter maken, en hoeven patiënten met boezemfibrilleren niet te lang rond te lopen met klachten van hun ritmestoornis en het risico op hartfalen en een herseninfarct door bloedstolsels.”, aldus Boersma. 

St. Antonius Hartcentrum
Boezemfibrilleren is de meest voorkomende hartritmestoornis en wordt ook wel atriumfibrilleren genoemd. De stoornis komt vooral voor bij oudere mensen. Jaarlijks voeren cardiologen van het St. Antonius Hartcentrum meer dan 1250 ablaties uit. Het St. Antonius behoort daarmee tot een van de grootste ablatiecentra van Nederland en maakt gebruik van de meest geavanceerde apparatuur en behandelmethoden die beschikbaar zijn.

Cookieinstellingen