Utrechts tramsysteem valt 15 tot 20 miljoen euro duurder uit

Foto: provincie Utrecht

Het projectkrediet voor de realisatie van de tram tussen Utrecht, Nieuwegein en IJsselstein moet onder de loep worden genomen. Provinciale Staten stemden eind 2016 in met het project en stelden hiervoor 141 miljoen euro beschikbaar. Aanleiding van deze bijstelling is een eerste analyse van het actuele risicoprofiel, op basis waarvan de kostenraming voor het project is geactualiseerd. Volgens de huidige verwachting is een aanvullend bedrag van €15 tot €20 miljoen nodig om het project te realiseren.

Dit is exclusief mogelijke kosten van een eventuele kwaliteitsimpuls van de tramhalte Nieuwegein-Centrum. Gedeputeerde Dennis Straat is onaangenaam verrast door deze onvoorziene tegenvaller en wil mogelijke beheersmaatregelen verder uitwerken om deze onverwachte meerkosten te verlagen. In juni is meer zicht op de gevolgen van de projectraming en het definitieve ontwerp.
Met het besluit van Provinciale Staten in 2016 is het sein op groen gezet voor een vervanging van de trams die momenteel rijden en een vernieuwing van de trambaan in Nieuwegein-Zuid en IJsselstein. De trams en de trambaan op dit tracé zijn na ruim 30 jaar aan het einde van de technische levensduur. Vanwege de komst van nieuwe, langere lage vloer trams worden alle haltes langs de trambaan verlaagd en verlengd. Bovendien zal de huidige trambaan worden gekoppeld aan de Uithoflijn, waardoor reizigers zonder overstap gebruik kunnen maken van de tram over het gehele traject.
De voorbereidende werkzaamheden aan dit project zijn momenteel in een vergevorderd stadium. De laatste hand wordt gelegd aan een definitief ontwerp waarna medio 2018 de aanbesteding start, zodat de aannemer voldoende tijd heeft voor de voorbereiding. Het merendeel van het werk zal volgens planning in juni-september 2020 worden uitgevoerd. De werkzaamheden kunnen niet zonder hinder en overlast voor de omgeving en reiziger worden uitgevoerd. Zo zullen tijdens de werkzaamheden geen trams rijden tussen Utrecht, Nieuwegein en IJsselstein en komt er vervangend busvervoer.
Zoals gebruikelijk bij dit soort complexe en ingrijpende projecten heeft de provincie Utrecht nadat het projectbesluit is genomen de risico’s in beeld gehouden. Het opstellen van het technisch ontwerp, maar ook diverse externe ontwikkelingen zijn van invloed op het werk, de planning en de raming van de kosten. Uit een nieuwe raming die onlangs door ingenieursbureau RHDV is uitgevoerd, blijkt dat waarschijnlijk een aanvullend bedrag van €15 tot €20 miljoen nodig is. Een belangrijke oorzaak is dat de markt voor opdrachten in de spoorsector sinds 2016 aanzienlijk is veranderd. Er is veel meer vraag naar vernieuwing van het spoor en opdrachtgevers zullen met een passend aanbod moeten komen. Daarbij moet de provincie ook rekening houden met extra budget voor risico reserveringen en voor nacht- en weekendwerk, gezien de strakke planning voor dit werk, wat gevolgen heeft voor de prijsaanbiedingen van aannemers. Technische aanpassingen in het ontwerp van de nieuwe halteconstructies brengen eveneens meerkosten met zich mee. Zo zullen aanvullende waterbergingsmaatregelen nodig zijn omdat het spoor bij de nieuwe tramhaltes in beton wordt aangelegd.

Specifiek voor de nieuwe tram halte Nieuwegein-Centrum speelt dat de provincie Utrecht in overleg is met de gemeente voor de ontwikkeling van het gebied Nieuwegein-City. Als onderdeel daarvan zijn met de gemeente afspraken gemaakt over de ontwikkeling van dit gebied tot een volwaardig OV-knooppunt. Daarvoor zijn méér werkzaamheden noodzakelijk zijn dan alleen het verlengen en verlagen van een tram perron, maar ook de aanleg van een nieuw busstation en het verleggen van wegen en kruisingen van de trambaan. Voor de gebiedsontwikkeling in Nieuwegein wordt een aparte business case opgesteld die binnenkort wordt besproken in een bestuurlijk overleg met de gemeente Nieuwegein. Het integrale plan kost voor de aanpassing van de tram (tracé en halte) meer dan het uitvoeren van het oorspronkelijke plan. De schatting is dat dit voor de spoorwerkzaamheden ca. € 7 miljoen extra kost.

Zodra in juni 2018 zicht is op de uitkomsten van de business case over Nieuwegein-Centrum en de gevolgen van de projectraming en het definitieve ontwerp in beeld zijn gebracht zal GS Provinciale Staten verder informeren over de actuele stand van zaken rondom dit project en indien nodig een voorstel indienen voor aanvullend projectkrediet. In de tussentijd wordt ook gekeken naar mogelijkheden om te besparen op het toegekende krediet.

Cookieinstellingen