TU Eindhoven en Universiteit Utrecht bundelen krachten op gebied van poreuze materialen

UTRECHT – De TU Eindhoven en de Universiteit Utrecht starten samen een onderzoekscentrum onder de naam Darcy Center. De twee universiteiten zijn allebei sterk op het gebied van poreuze materialen, en verwachten door de krachtenbundeling een nog sterkere landelijke en internationale positie te krijgen.

Henry Darcy
Henry Darcy

Bij de krachtenbundeling zijn in totaal twintig onderzoeksgroepen betrokken, twaalf van de TU Eindhoven en acht van de Universiteit Utrecht. De universiteiten gaan investeren in gezamenlijk onderzoek, halen de banden aan door over en weer hoogleraren van elkaar in deeltijd aan te stellen, en geven studenten toegang tot elkaars onderwijs.

 
Unieke onderzoekslabs

De twee universiteiten hebben beide unieke onderzoekslabs. De Universiteit Utrecht beschikt over het Hoge Druk en Temperatuurlaboratorium, waar de omstandigheden diep in de aarde kunnen worden nagebootst. TU Eindhoven heeft een laboratorium met geavanceerde MRI- en CT-scanners waarmee de structuur en de vochttransport in poreuze materialen kunnen worden bestudeerd. Daarnaast krijgen de partners beiden substantiƫle bijdragen uit de industrie, waar sterke banden mee bestaan op kennisgebied. Het onderzoek binnen het Darcy Center zal drie gebieden beslaan: materialen, transport en opslag. Betere kennis van poreuze materialen is van groot belang voor veel toepassingen, zoals winning van gas en olie, bouwmaterialen, energieopslag en watermanagement.

Het onderzoekscentrum is vernoemd naar Henry Darcy (1803-1858), de Franse ingenieur die de basis legde voor de wetenschap op gebied van poreuze materialen. Hij is onder meer bekend van de Wet van Darcy, die de stroming van grondwater beschrijft.

 

Cookieinstellingen