Utrecht in ban van de Oehoe

UTRECHT – In het Utrechtse Griftpark is een zeldzame Oehoe gespot. Sinds vanochtend houden onder meer vogelaars de reusachtige vogel in de gaten.

Na Purmerend en Rotterdam is nu ook Utrecht in de ban van de Oehoe. Zal de uil ook in de Domstad toeslaan? Het is opmerkelijk dat deze roofvogel in Utrecht opduikt, want het dier komt normaal gesproken niet in stedelijk gebied voor. Gewoonlijk is de Oehoe vooral in Zuid-Limburg of in de Achterhoek waar te nemen. De Vogelbescherming denkt dat de Utrechtse Oehoe ergens is ontsnapt. De vogelbescherming leidt dit af uit foto’s die er zijn gemaakt van de uil; hierop is te zien dat de staartveren rafelig zijn. Dat kan erop duiden dat het dier in een kooi heeft gezeten. Een Oehoe kun je in Nederland gewoon kopen en mag als huisdier worden gehouden. De vogelbescherming vecht hier al jaren tegen omdat zij vindt dat zo’n vogel vrij moet kunnen vliegen en niet opgesloten mag zitten. In Purmerend heeft de 60 tot 75 centimeter lange Oehoe al mensen aangevallen. Volgens bioloog Kees Moeliker, die in Rotterdam de Oehoe heeft gezien op de Westersingel, trekt de uil steeds verder het land in. ,,Het feit dat hij hier nu zit, geeft aan dat de Oehoe ook in de stad aan zijn kostje kan komen. Het is een trend dat wilde vogels de stad ontdekken.”

De Oehoe in Utrecht is mogelijk afkomstig van de Leusdenaar Jeroen Settels en draagt de naam Pluisje. De eigenaar is nog steeds op zoek naar zijn Oehoe.

Cookieinstellingen