Neelie, zo kun je een succes maken van StartupDelta

Foto: CC0 Public Domain

UTRECHT – Promovendi Chris Eveleens en Marijn van Weele van het Copernicus Institute of Sustainable Development geven – via een open brief in Het Financieele Dagblad – Neelie Kroes enige adviezen voor het welslagen van haar plannen voor StartupDelta.

geo-uitgelicht-chris-marijn
Geachte mevrouw Kroes, Beste Neelie,

Een belangrijke verklaring voor het falen van start-ups in Nederland is dat ze te vaak een product leveren dat ogenschijnlijk prachtig is, maar waar uiteindelijk niemand op blijkt te zitten wachten. Wij schrijven u om ervoor te zorgen dat uw StartupDelta een ‘product’ wordt dat optimaal aansluit op de behoeften van zijn ‘klanten’: het Nederlandse start-up-ecosysteem. Dit betekent dat de oplossingen van StartupDelta moeten aansluiten op de problemen die hier spelen. Hieronder bespreken we vier van deze problemen, mét mogelijke oplossingen. We hopen hiermee te voorkomen dat StartupDelta het zoveelste ‘Silicon Somewhere’ wordt. Er bestaat immers al een kerkhof met goedbedoelde maar mislukte pogingen om Silicon Valley te kopiëren. Beleidsmakers zoeken al decennialang naar het recept voor succesvolle ecosystemen. En hoewel de ingrediënten daarvan bekend zijn – slimme mensen, voldoende kapitaal, gunstige regelgeving, goede infrastructuur en effectieve netwerken – is de exacte invulling overal verschillend. Elk ecosysteem functioneert binnen zijn eigen fysieke, culturele en historische context: dat bepaalt het succes. Silicon Valley bouwt op het idee van ’the American Dream’, waarin de selfmade man ongeacht zijn afkomst kan uitgroeien tot miljardair. Maar het kopiëren van dit model leidt elders zelden tot succes.

Hoe moet het dan wel?

Gelukkig geeft u aan dat u niet van plan bent om Silicon Valley te kopiëren. Toch suggereert de retoriek rond StartupDelta iets anders: Nederland moet ‘Europe’s West Coast’ worden, ‘de volgende Google moet uit Europa komen’, en we moeten op zoek naar ‘de Nederlandse Mark Zuckerberg’. Maar als Silicon Valley niet moet worden gekopieerd, zo zult u zich misschien afvragen, hoe moet het dan wel? Ons antwoord: neem de barrières in het Nederlandse start-up-ecosysteem weg op een manier die bij ons past. We bespreken er hieronder vier. Dat neemt niet weg dat wij in Nederland bij de opbouw van ons start-up-ecosysteem wel degelijk kunnen leren van het buitenland. Het recente initiatief van StartupDelta om ambitieuze buitenlandse ondernemers gebruik te laten maken van een ‘start-up visum’ bestaat in Singapore al tien jaar. Kritische inpassing van het geleerde in de Nederlandse context is daarbij cruciaal. Nederland heeft vooral veel zzp’ers: creëer een omgeving waarin ambitieuze start-ups groter kunnen denken.

Goede weg

Op het eerste gezicht lijkt Nederland op de goede weg te zijn wat betreft ondernemerschap. Er is geen land waar het aantal ondernemers de afgelopen tien jaar zo sterk gegroeid is als in Nederland. Maar een recordaantal ondernemers is niet voldoende: pas wanneer startende bedrijven hun activiteiten weten op te schalen, leveren ze een bijdrage aan economische groei en innovatie. Tomeloze ambitie is daarvoor een voorwaarde. Maar kijkend naar de ambitie van de Nederlandse ondernemer, ontstaat een heel ander beeld. Nederlanders willen wel graag eigen baas zijn, maar de meeste ondernemers hebben niet de ambitie om hun bedrijf uit te bouwen tot een grotere onderneming. Een Nederlandse investeerder zei tegen ons: ‘In Nederland zijn zoveel mensen zzp’er, maar zo weinigen van die ondernemers hebben de ambitie om echt iets groters neer te zetten. Nederlanders hebben de neiging om te denken “het is wel best zo”. Terwijl die Amerikanen denken in groot, groter, grootst.’

Cultuurverandering

Zoals u terecht heeft opgemerkt, is er een cultuurverandering nodig waarin Nederland meer open moet staan voor ambitie en risico’s nemen. Deze cultuurverandering grootschalig doorvoeren kost tijd. Het is echter goed mogelijk om in korte tijd op kleine schaal een begin te maken. In het kader hiernaast vertellen we hoe dit in Australië gebeurt. De Nederlandse markt is klein: haal de begrenzing van de Nederlandse en de Europese markt weg. Met 17 miljoen inwoners is de Nederlandse afzetmarkt beperkt. Tegelijkertijd is de Europese markt gefragmenteerd: iedere lidstaat heeft zijn eigen taal, cultuur en regels.
Deze gefragmenteerde markt biedt kansen en bescherming: bijvoorbeeld aan lokale start-ups tegen machtige internationale concurrenten, voor wie het veroveren van de Nederlandse markt zo relatief onaantrekkelijk wordt gemaakt. Mede daardoor verkopen Nederlanders hun spullen op Marktplaats en niet op eBay. Maar deze gefragmenteerde Europese markt is ook een beperking. Het is nog steeds lastig voor start-ups om de Europese markt te kunnen veroveren, of om vanuit Nederland uit te kunnen groeien tot een miljardenbedrijf. Een Nederlandse IT-ondernemer verwoordt het zo: ‘Ons doel was om 100.000 gebruikers te hebben. Dat is veel voor Nederland, maar dat is niets op een grote markt. Het probleem is dat je bepaalde keuzes gaat maken doordat je in je hoofd hebt zitten dat je naar 100.000 wil, en niet naar 100 miljoen. Het is dus belangrijk dat je vanaf dag één die bril van 100 miljoen opzet. En dat gaat gemakkelijker als je in Amerika zit en automatisch groot moet denken dan wanneer je in Nederland zit en altijd veiligheidshalve denkt: eerst even hier lanceren.’

Succesvolle start-ups

Gelukkig erkent u dit probleem en probeert StartupDelta onder andere via DutchBasecamp Nederlandse ondernemers te verbinden met Silicon Valley en New York, waar een lokaal netwerk de Nederlandse ondernemers helpt bij uitbreiding of verhuizing naar die regio’s. Daarnaast hebben we in Nederland sterke multinationals, die bij uitstek over de netwerken en distributiekanalen beschikken die onze start-ups zo hard nodig hebben. Wij hopen dan ook van harte dat u ervoor kunt zorgen dat de Nederlandse start-ups en multinationals de handen ineenslaan. Om u hierbij op weg te helpen hebben wij alvast uitgezocht hoe succesvolle start-upprogramma’s in bijvoorbeeld Israël dit doen.
Ondernemers en financiers weten elkaar niet te vinden: betrek grote bedrijven bij het ecosysteem. Een ander zwak punt van het Nederlandse start-up-ecosysteem betreft het gebrek aan financiering. Men heeft het dan vaak over de aanbodkant: er zouden maar weinig investeerders bereid zijn om in risicovolle start-ups te investeren. Maar voor een compleet beeld is het belangrijk om ook naar de vraagzijde te kijken: de ondernemer. De wens van Nederlandse ondernemers om eigen baas te zijn, strookt niet met de wensen van durfinvesteerders. Investeerders eisen in ruil voor financiering zowel een aandeel als zeggenschap in het bedrijf. Bovendien willen durfinvesteerders in relatief korte tijd hun investering terugverdienen, waardoor succesvolle start-ups in de regel snel worden doorverkocht en de oorspronkelijke ondernemer de zeggenschap over de start-up verliest.

Financiering

Daarom denken wij dat het belangrijk is om ook naar andere vormen van financiering te kijken. Ook hier zien wij een belangrijke rol weggelegd voor de gevestigde Nederlandse bedrijven. In een sterk Nederlands start-up-ecosysteem zijn gevestigde bedrijven nauw verbonden met start-ups, bijvoorbeeld als investeerder, R&D-partner of als ‘launching customer’. Een Nederlandse multinational die wij interviewden meldde dat dergelijke samenwerkingen vooral een strategisch karakter hebben, en dat financiële resultaten op korte termijn vaak van ondergeschikt belang zijn: “Investeren in start-ups geeft vooral inzichten in nieuwe ontwikkelingen, omdat starters vaak vooruitlopen op de grote trends in de industrie.”
Wij denken daarom dat financieringsmechanismen waarbij grote bedrijven een rol spelen beter passen bij de motivatie en ambities van veel Nederlandse ondernemers dan het Amerikaanse venture-capitalmodel.
Ondernemers missen ervaring: stimuleer oudere ondernemers hun kennis te delen met start-ups.

Geen ondernemerservaring

Start-ups worden veelal opgericht door jonge ondernemers met een goed idee en uitstekende technologische vaardigheden. Maar deze jonge ondernemers hebben weinig ondernemingservaring. Het vertalen van de technologie naar een overtuigend businessmodel is daardoor een grote uitdaging. Een Nederlandse start-upcoach beschrijft het zo: ‘De meeste start-ups zijn vanaf het begin verliefd op hun technologie. Stap 1 is om ze te leren naar de markt te kijken.’
Dit is overigens niet uniek voor Nederlandse ondernemers. De Amerikaanse start-upgoeroe Paul Graham verwoordde dit dilemma als volgt: ‘De meeste start-ups redden het niet doordat ze iets maken wat niemand wil hebben.’ Silicon Valley lost dit probleem op door de nieuwe generatie te laten leren van oude rotten. De jonge Steve Jobs had regelmatig contact met de oprichters van HP en Intel. Jaren later gaf Steve Jobs op zijn beurt weer advies aan een nieuwe generatie ondernemers, onder wie Mark Zuckerberg. Deze ‘pay-it-forwardcultuur’ is typerend voor Silicon Valley en zorgt ervoor dat jonge, onervaren ondernemers snel de kneepjes van het vak kunnen leren.
In Nederland hebben we nog maar weinig succesvolle technologieondernemers en is de ‘pay-it-forwardcultuur’ nog niet zo ontwikkeld als in Californië. Maar we hebben wel meer dan genoeg succesvolle en ervaren ondernemers in sectoren zoals vastgoed, media of logistiek. Zij begeven zich alleen niet in de kringen van de huidige jonge ondernemers. Het lijkt ons daarom een uitstekend idee dat u uw netwerk gebruikt om de gevestigde en toekomstige generatie ondernemers bij elkaar te brengen.

Cookieinstellingen