Herman Pleij houdt lezing over geschiedenis van de reliekverering in Catharijneconvent

Foto: bibliotheek Utrecht

Presentator Matthijs van Nieuwkerk liet zich onlangs ontvallen dat hij als beginnend interviewer ooit een teennagel van Gerard Reve had ontvreemd. Zo hoopte zijn jonge bewonderaar iets intiems van zijn idool voor eeuwig te kunnen vasthouden. Dat gebeurt wel meer, vooral met popmuzikanten. Maar we kennen deze vereringsvorm toch allereerst uit de middeleeuwse kerk? In deze lezing vertelt Herman Pleij over de geschiedenis van reliekverering.

Het bezit van een botje, een haar of zelfs een complete schedel van een heilige kon een stroom pelgrims in beweging zetten en dat leverde geld op: de eerste vormen van toerisme. Men wist namelijk miraculeuze genezingen te melden bij aanraking en zelfs een plaats in het hiernamaals kon zo geregeld worden. Dat werkte industrialisering in de hand: kloosters plunderden hun eigen kerkhoven en leverden gevraagde onderdelen met echtheidscertificaat. Al in de middeleeuwen ontstond veel discussie over dit bedrog. Maar gezien de verwereldlijking van de reliekverering in later eeuwen zijn dergelijke houvasten kennelijk onmisbaar voor mensen.
Herman Pleij is ermeritus hoogleraar historische Nederlandse letterkunde, gespecialiseerd in de middeleeuwse literatuur.
De lezing vindt plaats op zondag 18 november van 14.00-15.00 uur in het auditorium van het museum en is gratis op vertoon van een geldig entreebewijs voor de tentoonstelling.
Aanmelden (tijdens kantooruren van 9.00-17.00 uur) via [email protected] of 030-231 38 35.

Cookieinstellingen