De glazen helm

Foto: Willem Noyons

Goede kunst kan niet zonder ambachtelijkheid. Daarentegen behoeft het uitoefenen van een ambacht geenszins tot (goede) kunst te leiden. Juist op het grensvlak van kunst en beheersing van een ambacht, kan uit twee werelden een niet eerder gekende vermenging ontstaan, uitmondend in iets wat er eerder niet was.

Tot en met 19 november is in het Centraal Museum aan de hand van vijf Utrechtse makers te zien wat deze vermenging teweeg kan brengen. De titel van de expositie: Ondertussen in Utrecht. Het is een bescheiden presentatie in een van de museumzalen, maar wel een van een grote schoonheid en tevens educatieve waarde; het slaat een brug tussen het benaderbare, het materiële en het ongrijpbare, het immateriële. Tussen ambacht en kunst.
De vijf presentaties zijn van het Grafisch Atelier Kapitaal dat tot recent gevestigd was op de Plompetorengracht en nu een nieuwe locatie zoekt, de hoedenmaakster Irene van Vugt aan de Oudegracht 371, de olieverfmaker Wim van der Zwan van Old Holland Classic Colours (sinds 1664) uit Driebergen, Kasper Mobach van Mobach Keramiek aan de Kanaalweg 24 en Willem Noyons, Biltstraat 156, met een werk uit zijn serie Glazen Helmen. Het verzoek vanuit het Centraal Museum aan deze makers was; maak iets dat refereert aan een kunstwerk dat op zaal te zien is.

Ontwerper en kunstenaar Willem Noyons heeft zich afgelopen jaren toegelegd op het maken van glazen helmen die hij laat blazen door de vermaarde glasblazer Jiri Pacinek in Lindava, Tsjechië. Pacinek heeft vele internationale glaskunstenaars onder zijn klandizie, waaronder de Nederlandse Maria Roosen en de Deense Lene Bødker. Met niet meer ingrediënten dan zand, soda, kalk en vuur, blaast hij de mooiste objecten in de meest moeilijke vormen, zoals deze glazen helm met pluim. Noyons gaat naar hem toe met een handgemaakte schets en in dit geval ook een foto van het schilderij De Slapende Mars van Hendrick ter Brugghen uit de collectie van het Centraal Museum. Ter Brugghen, die tot een van de belangrijkste Utrechtse caravaggisten wordt gerekend, maakte dit schilderij in 1629 of iets eerder, waarschijnlijk naar aanleiding van het einde van het Twaalfjarig Bestand in 1621. Mars, de Romeinse god van de oorlog, doet een dutje, het is vrede. Ook de pluim op de helm is ingedut.
In 1650 kwam het schilderij in bezit van de rijke koopman en bestuurder Pieter Six. Toen is waarschijnlijk ook de versierde en vergulde lijst om het schilderij aangebracht waarop te zien is hoe de wapens door een ketting aan elkaar geklonken zijn waarmee ze onbruikbaar zijn gemaakt.
Toch is de soldaat waakzaam. Hij is in krijgsornaat en heeft de hand aan het heft van de cavaleriesabel. De martialiteit van de krijger laat het even afweten, maar er hoeft maar iets te gebeuren of de pluim op de helm rijst wederom krijgshaftig omhoog.

Noyons symboliseert de kwetsbare positie van de ingedutte Mars door middel van een glazen helm die geen enkele bescherming biedt. De slapende pluim is in rust, althans voor de uren, maanden, jaren van vrede tussen twee oorlogen in die steevast dood en verderf zaaien. In oorlogsgewoel zal de glazen helm als eerste aan gruzelementen gaan.

Voor goede kunst is het beheersen van een ambacht noodzakelijk. Kennis van en ervaring met het materiaal is daarvoor onontbeerlijk en de durf te experimenteren in de hoop uit het bestaande iets nieuws te creëren. Zoals deze glazen helmen van Willem Noyons. (Jaap Röell)

In het Centraal Museum, t/m 19 november.

Cookieinstellingen