Utrecht 60 jaar terug: meedenken over straatnamen in Overvecht-Zuid

Foto: UN

Iedereen die vond een goede gedachte te hebben over de naamgeving in Overvecht-Zuid kon in 1961 mee doen aan een prijsvraag van de gemeente Utrecht. Dat meldde het Utrechtsch Nieuwsblad op woensdag 16 augustus 1961.

De gemeente loofde drie prijzen uit, van 150 gulden, 75 gulden en 25 gulden. En als je niet wint, niet getreurd, aldus het Utrechtsch Nieuwsblad want ‘u kunt altijd nog het genoegen beleven uw familie de nieuwe wijk te tonen en dan kwasie achteloos te zeggen: Ja, deze straat heeft de naam gekregen die ik heb voorgesteld, een kwestie van koppie-koppie nietwaar…’
Ongetwijfeld zal Utrecht straks kunnen lachen om de straatnamen die werden afgewezen. Want die mag het gemeentebestuur niet achterhouden, vond het Utrechtsch Nieuwsblad. ‘Want de humor die in Utrechts bevolking leeft kan vele glimlachjes ontlokken en die zijn uitermate geschikt om de ernst des dagelijksen levens wat milder te maken.’
Dus op naar de schrijftafel. Inzendingen konden gericht worden aan Chef kabinet en algemene zaken, gemeentesecretarie, Utrecht. Namen konden worden voorgesteld voor acht hoofdverkeerswegen, vijftien wijkverkeerswegen, twee verkeerspleinen, straten en paden van zeven woonbuurten en het wijkcentrum, zeven verbindingspaden en drie hoven, die buiten de woonbuurten zijn gelegen. In totaal ging het om 190 namen.
Belangrijk was dat namen gemakkelijk uit te spreken zijn. Ze mogen niet te lang zijn. Ook moest er opgelet worden dat de klank van de voor te stellen naam geen verwarring opleverden met een reeds bestaande straatnaam.
Levende personen zullen in het algemeen niet voor vernoeming in aanmerking komen, aldus het Utrechtsch Nieuwsblad. ‘Voorlopig dus geen Kennedylaantje’.

Cookieinstellingen