Utrecht 100 jaar terug: de hikziekte in 1920

Foto: Utrechts Archief

‘Uit vele plaatsen in ons land kwamen den laatsten tijd berichten over de zoogenaamde hikziekte.’ Dat meldt het Utrechtsch Nieuwsblad op dinsdag 16 maart 1920.

Deze hikziekte zou gekenmerkt worden door ‘een dagenlang gekweld worden door hikken, dat slechts nu en dan gedurende korten tijd onderbroken wordt.’ Bovendien hebben de slachtoffers ‘een gevoel van druk of geringe pijn in de borst en voelen zich over ’t algemeen niet lekker. Verder geven de beschrijvingen, die men hoort of leest, niet veel.’
Volgens het Utrechtsch Nieuwblad is het hikken ook als verschijnsel van neurosen bekend, waarbij geen orgaanafwijkingen worden gevonden. ‘Nabootsing kan in zulke gevallen een rol spelen. Zoo zijn op scholen wel eens epidemieën van hikken waargenomen.’
‘De tegenwoordig voorkomende gevallen zullen zeker voor een gedeelte op deze laatste wijze verklaard kunnen worden’, aldus de krant. Maar het is toch opvallend volgens het Utrechtsch Nieuwsblad dat de hikziekte samenvalt met de nieuwe golf van griep die over het land gaat. En ook nog het samengaan met het voorkomen van de zogeheten slaapziekte. ‘Vooral omdat in sommige gevallen van griep hikken wordt waargenomen en het ook bij de ‘slaapziekte’ voorkomt.’
Het Utrechtsch Nieuwsblad legt ook een relatie met berichten uit Wenen over nieuwe vormen van hersenziekte, die daar vrij sterk heersen, waarover in medische periodieken melding wordt gemaakt. ‘En daarbij is nu merkwaardigerwijze een vorm, die zich kenmerkt door het op den voorgrond treden van hik en buikspierkrampen.’ Deze hersenziekte verloopt volgens het Utrechtsch Nieuwsblad in Wenen nog al vaak ongunstig. ‘Indien wij dus hier in Holland met iets dergelijks te doen hebben, is het in ieder geval een zeer makke vorm. Want van ernstige verschijnselen is geen sprake, al zullen de lijders zelf wel met nadruk over de onaangenaamheden klagen. Deze kunnen trouwen door doktershulp nog heel wat verminderd worden.’

Cookieinstellingen