UTRECHT – Het Utrechtse college van burgemeester en wethouders heeft staatssecretaris Dijksma van Infrastructuur en Milieu in een brief verzocht ‘dringend een betere regie te voeren’ over de wettelijke normen die gelden voor het vervoer van brandbare gassen door de stad, alsmede te zorgen voor een beter handhavingsbeleid. Dit meldt de NOS.
De gemeente heeft op basis van de cijfers vastgesteld dat in 2015 door het stationsgebied en over het traject Houten-Utrecht circa 2.000 wagons met brandbare gassen zijn vervoerd. Dat is drie keer zoveel als is toegestaan. Op trajecten waar zulke transporten helemaal niet zijn toegestaan, passeerden zo’n 1.700 wagons met lpg. De gemeente is bezorgd over de onstane situatie omdat daarmee ‘de gemeente Utrecht en haar inwoners en ondernemers geconfronteerd worden met ‘risico’s die er niet hadden mogen zijn’.
Eind mei werd uit cijfers, die de NOS heeft ontvangen via een beroep op de Wet Openbaarheid Bestuur, bekend dat op tal van spoortrajecten veel meer goederenwagons met gevaarlijke stoffen rijden dan is afgesproken. Met name op trajecten in Midden-Nederland (Utrecht-Amersfoort-Apeldoorn) en in Noord-Brabant (Breda-Tilburg-Eindhoven) rijden veel meer lpg-treinen dan volgens de afspraken zou mogen.
‘Geen onverantwoorde situatie’
Staatssecretaris Dijksma zegt in een reactie dat ze begrip heeft voor de zorgen van lokale bestuurders, maar dat nergens in Nederland sprake is van een onverantwoorde situatie. Dijksma zegt wel dat de wettelijke normen (Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen) er niet voor niets zijn. “Daarom werk ik intensief samen met vervoerders, verladers, ProRail en met lokale en regionale bestuurders aan oplossingen voor de overschrijding van de wettelijke normen. Die oplossingen komen zo snel mogelijk”, aldus de staatssecretaris.
Bron: NOS.nl
