Juridisch pakken ‘friendscontracten’ heel nadelig uit

Foto: CC0 Public Domain

UTRECHT – De zogenoemde ‘friendscontracten’ bieden geen soelaas voor studenten en starters op de woningmarkt, blijkt uit onderzoek dat wethouder Paulus Jansen heeft laten uitvoeren naar aanleiding van een door alle fracties ondersteunde motie afgelopen juni.

Alle fracties verzochten de wethouder via een motie te onderzoeken of friendscontracten van toegevoegde waarde kunnen zijn voor de Utrechtse woningmarkt, zoals dit ook in bijvoorbeeld Amsterdam het geval is. Na een inventarisatie van twee maanden moet Jansen concluderen dat er vooral veel nadelen zitten aan deze vorm van huren. Een friendscontract houdt in dat een huurhuis door meerdere (meestal) vrienden wordt gehuurd, zonder dat hier een samenlevingscontract voor nodig is. Nu is dit nog wel nodig evenals een gezamenlijke inkomenseis. De fracties in Utrecht denken dat het invoeren van dergelijke contracten bijdraagt aan de levendigheid van een stad en dat de bestaande woningvoorraad op een flexibele en effectievere manier wordt benut.

Nadelen

De wethouder is op basis van het uitgevoerde onderzoek een andere mening toegedaan. “Op basis van een friendscontract huurt iedere huurder de hele woning. Doordat de Huurprijswetgeving een liberalisatiegrens geeft voor zelfstandige woningen is het aannemelijk dat huurders meer gaan betalen als zij huren met friendscontracten”, aldus de wethouder in een commissiebrief waarin hij zijn besluit motiveert.” Met een friendscontract ontstaat hoofdelijke aansprakelijkheid voor de totale huursom van de gehele woning. Dat is anders dan bij kamergewijze verhuur en een risico voor de huurder. Als een van de ‘vrienden’ de huur niet betaalt, kan de verhuurder zijn medehuurders daarop aanspreken”, aldus de wethouder. Ook vreest hij dat een dergelijke regeling voordelig is voor huisjesmelkers. Het invoeren van friendscontracten zou namelijk de definitie van ‘woongroep’ verbreden. “Dat heeft weer tot gevolg dat notoire, malafide en bonafide verhuurders geen omzettingsvergunning nodig hebben om woningen kamergewijs te gaan verhuren en dan kan de gemeente op zijn beurt geen leefbaarheidstoets uitvoeren”, aldus Jansen.

Cookieinstellingen